Vorige week daalden de aandelenkoersen wereldwijd met gemiddeld 5%. In Indonesië en China gingen de koersen omlaag en noteerden de 20-daags koersgemiddelden boven het 120-daags koersgemiddelden, waarbij de beurskoersen nog boven de 120-daags koersgemiddelden noteerden. Hier is sprake van een stijgende trend op basis van de combinatie van drie variabelen; de beurskoers en de twee afgeleide gemiddelden.
In een aantal andere bekende beursindices noteerden de koersen onder het 120-daags gemiddelde, terwijl het 20-daags gemiddelde nog boven het 120-daags gemiddelde noteert. Hier is sprake van topvorming, gelet op de diepte van de correctiefase. De beursindices die in de topvormingsfase noteerden waren onder andere de grote bekende Amerikaanse beursindices, de Japanse Nikkei-225 index, de Hang Seng Index, de Australische All Ordinaries index en binnen Europa de Duitse DAX.
Tot slot noteerden heel wat bekende beursgraadmeters in een dalende trend. In deze situatie noteerde de beurskoers onder het 20-daags koersgemiddelde en dit gemiddelde noteerde ook weer onder het 120-daags gemiddelde. Daarbij moet worden gedacht aan de Indiase Sensex-30, Canadese TSX Composite, de Braziliaanse Bovespa, de Russische RTS en de volgende indices in Europa: de Zwitserse SMI, de Franse CAC-40, de Belgische BEL-20, onze AEX-index, de Britse FTSE-100 index en natuurlijk de Spaanse IBEX-35 en Italiaanse MIB-30.
Verkoopdruk
De conclusie dringt zich op dat beleggen in aandelen volgens technische condities niet aantrekkelijk is. Van de Amerikaanse en Europese hoofdsectoren uit de S&P 500 index en DJ Stoxx 600 index kwalificeert het merendeel zich in dalende trend. Een minderheid zit nog in een stijgende trend. Denk hierbij aan de defensieve sectoren voeding en drank en gezondheidszorg.
In de grondstoffensector blijken de bekende commodity-indices in een dalende trend te bewegen, maar gaat het beter in de granen en lijkt de gasprijs te bodemen. De olieprijs en de edelmetalen hebben last van verkoopdruk. In de valutahandel profiteert de Amerikaanse dollar van een stijgende trend ten opzichte de euro en de Noorse kroon als de prijzen worden afgezet tegen het 20-daags en 120-daags gemiddelde.
Op basis van de drie-eenheid beurskoers en 20/120-daags gemiddelde is gemakkelijk te constateren waar de geldstromen naar toe vloeien. De Amerikaanse, Duitse en Nederlandse staatsobligaties met een looptijd vanaf tien jaar bevinden zich in stijgende trends.
Als een belegger zich realiseert dat 90% van het totaalrendement van een beleggingsportefeuille wordt bepaald door de samenstelling en de weging van de verschillende beleggingscategorieën in de portefeuille, dan zou het een goed idee zijn om wekelijks deze assets met elkaar te vergelijken.
Afgelopen week blijkt dat de Amerikaanse dollar sterk presteert en de Amerikaanse treasuries dat ook doen ten opzichte van bijvoorbeeld de Amerikaanse S&P 500 index. ‘Stockpicking’ heeft nu weinig zin. Uit de weekgrafiek van de iShares Barclays 10-20 yr Treasury Bond Fund blijkt immers dat beleggers Amerikaans staatspapier zoeken. In relatieve zin werd begin mei al zichtbaar dat beleggers de voorkeur gaven aan deze tracker ten opzichte van de SPDR S&P 500 ETF Trust, om over de rest maar te zwijgen.

Klik op de grafiek voor een grote versie