Ik denk dat de beurs in een overgangsfase naar een berenmarkt zit. Beleggers nemen zonder twijfel minder risico en dat is de laatste fase van een stierenmarkt. Vorige week zijn er een aantal interessante zaken gebeurd waardoor ik u nu al een update wil geven.
Met een S&P 500 die afgelopen vrijdag voor het eerst in de geschiedenis boven de 1900 sloot kan het lijken alsof er niets aan de hand is. Sinds oktober 2013 doet echter een steeds groter gedeelte van het Amerikaanse beursgenoteerde bedrijfsleven niet mee met het elke-keer-weer-een-nieuw-record.
In de volgende grafiek ziet u in het zwart de S&P 500 met op de linker-as de standen. In het gearceerde gedeelte ziet u het aantal aandelen op de beurs van New York dat een nieuwe hoogste stand heeft bereikt. Op de rechter-as ziet u hoeveel dit er zijn.
Geleend geld
Dit soort grafieken ontstaan wanneer de meerderheid van beleggers denken dat het alleen veilig is om de grootste bedrijven te kopen. Dit risicomijdende gedrag werd eind vorige week nogmaals bevestigd door de beurs van New York.
Zij maakte namelijk bekend dat voor de tweede maand op rij beleggers met minder geleend geld beleggen dan de maand ervoor.
Klik op de grafiek voor een grote versie
Tennisbal
Ik zie een stierenmarkt als een tennisbal die iemand omhoog gooit. Doen alle aandelen mee en willen beleggers met steeds meer geleend geld beleggen, dan gaat de tennisbal alsmaar hoger. Vallen er drijfveren weg, dan zal de tennisbal rustig blijven doorstijgen. Er zit immers vaart in de tennisbal.
De snelheid moet er eerst helemaal uit zijn. De tennisbal hangt stil en kan pas daarna aan zijn daling beginnen.
Net als met een tennisbal duurt het neerzetten van een top een heel stuk langer dan het neerzetten van een bodem.