DEN HAAG (AFN) - PostNL heeft in het tweede kwartaal een nettoverlies van 4 miljoen euro geboekt door de verkoop van zijn Britse dochterbedrijf. De krimp op de postmarkt zette door, terwijl de bezorging van pakketten verder groeide.
PostNL meldde maandag een omzet van 824 miljoen euro over het tweede kwartaal, waarmee de opbrengsten even hoog waren als een jaar eerder. De operationele winst zakte met 7 procent naar 77 miljoen euro. Op voortgezette activiteiten werd een nettowinst geboekt van 39 miljoen euro. Bij de verkoop van het Britse dochterbedrijf Whistl moest echter een verlies van 43 miljoen worden geïncasseerd, waardoor onder de streep een klein verlies ontstond.
PostNL bezorgde ruim 11 procent minder brieven dan in het tweede kwartaal van 2014. Duurdere postzegels en bezuinigingen waren niet voldoende om die krimp te compenseren, waardoor de operationele winst van de postdivisie daalde.
Pakketbezorging
Tegenover de daling bij de brieven stond een toename van 7 procent bij de pakketbezorging. Daar profiteert PostNL volop van de verdere groei van het winkelen via internet. De internationale verzendingen groeiden daarnaast afgelopen jaar sterk door de enorme toename in de verzending van melkpoeder naar China. PostNL verwacht dat deze groei de komende tijd afvlakt.
Bestuursvoorzitter Herna Verhagen voorspelde dat de tweede helft van het jaar beter zal zijn dan in 2014 en hield vast aan de eerdere prognoses voor heel 2015. Ook de verwachting dat in 2016 weer dividend kan worden betaald aan aandeelhouders bleef overeind. De komende tijd profiteert PostNL van een gunstige verdeling van werkdagen en van voordelen van bezuinigingen die later merkbaar zijn dan vorig jaar.
PostNL deed onlangs al zijn zelfstandige pakketbezorgers het aanbod in dienst te treden bij het bedrijf en gaat binnenkort met de betreffende bezorgers in gesprek. Het aanbod kost 15 à 20 miljoen euro op jaarbasis, maar leidt volgens Verhagen niet tot extra bezuinigingen in andere delen van het bedrijf.
Het postbedrijf komt op 3 november met een update over de verwachtingen voor de komende jaren. Tegen die tijd moet ook duidelijk zijn wat de verdere plannen met de activiteiten in Duitsland en Italië zijn.