Het is zo'n beetje de slechtst geconstrueerde index van allemaal - neem de koers van 30 aandelen, tel ze op en deel ze door 30 - maar toch is en blijft het de belangsrijkste beursindex ter wereld: de Dow Jones Industrials.
Op 23 september krijgt de Dow de grootste facelift sinds 2004 als in één klap drie hoofdfondsen worden vervangen. Nike komt voor Alcoa, Goldman Sachs voor Bank of America en Visa elleboogt Hewlett-Packard naar buiten.
Voor de amateur-beursarcheologen onder u stelde de Wall Street Journal een prachtig documentje samen met álle samenstellingen van de Dow Jones sinds meneer Dow in 1884 op de burelen van dezelfde krant een rijtje met 11 toonaangevende aandelen neerkrabbelde.
Wie was er eerder?
Het duurde twee jaar voor dat lijstje werd omgezet in een index - de Dow Jones Industrial Average - en nog eens tien jaar voor hij voor het eerst werd gepubliceerd in de krant. De samenstelling van de Dow is een mooi historisch overzicht van de Amerikaanse economie. Van de eerste 11 waren 9 aandelen spoorwegbedrijven, bijvoorbeeld.
General Electric, het oudste aandeel dat er nog steeds in zit, debuteerde al in 1899 in de index, om er twee jaar later overigens weer uit verwijderd te worden. In 1907 veroverde GE pas definitief zijn plekje, 8 jaar later gevolgd door General Motors.
Nog een leuke: IBM debuteerde al in de index in 1932, precies 50 jaar voordat de eerste financiële instelling, American Express, toegang kreeg tot de Dow Jones.
Anyway, kijk vooral zelf.
Grommen naar de Dow
Nu we het toch over de Dow Jones hebben: een Nederlander is onlangs een campagne gestart om de berekening van de Dow Jones te veranderen. Wim Grommen noemt de Dow een 'piramidespel' en vindt de koersstijging sinds de index van start ging kunstmatig.
We hebben geprobeerd zijn betoog te volgen, maar eenvoudig is het niet. Grof samengevat komt het volgens mij hier op neer: de oorspronkelijke Dow Jones index werd berekend door de koersen van de aandelen op te tellen en te delen door het aantal aandelen - 30 dus.
In de loop der jaren werd de index echter regelmatig aangepast en zijn er aandelen gesplitst. Om te zorgen dat de index niet ineens een heel stuk zakte na zo'n splitsing, werd de 'divisor' steeds aangepast. In 1985 was hij gezakt tot ongeveer 1, inmiddels ligt hij rond de 0,13.
En dat is verkeerd, vindt Grommen. De divisor is daardoor een 'multiplier' geworden. Hij vindt daarom dat de Dow weer gewoon moet worden gedeeld door 30, zoals het ooit bedoeld is. Dat zou betekenen dat de huidige Dow niet op 15.063 meer zou staan, maar op - gaat u even zitten - 65.
4% per, eh, eeuw
Een Dow van 65. Tja. Weet u wat de eerste stand van de index was? 62,76. Dat betekent een stijging van 4%. Niet per jaar, maar totaal, in ruim 125 jaar. Als meneer Grommen zijn zin krijgt kunnen alle theorieën over de kracht van stocks for the long run in ieder geval het haardvuur in.
Of u vindt dat er wat in zit mag u zelf bepalen. Hier kunt u de hele theorie van Grommen lezen. Waar hij wèl gelijk in lijkt te hebben is het feit dat bij herindelingen de losers verdwijnen en de winners in de index komen, waardoor de index in feite altijd door een iets te roze bril naar de achterliggende markt kijkt. Bewijsstuk 1: de koers van Nike (groen), Alcoa (blauw)en de Dow Jones (rood).