NEW YORK (AFN) - De aandelenbeurzen in New York stonden dinsdag halverwege de dag overwegend iets lager. Beleggers op Wall Street kijken naar de versoepeling van coronamaatregelen in verschillende landen, maar vrezen voor een nieuwe besmettingsgolf. Uitspraken van de Amerikaanse topdeskundige voor besmettelijke ziektes Anthony Fauci voor de Senaat zorgden voor meer zorgen. Daarnaast verwerken beleggers onder meer bedrijfsresultaten en cijfers over de Amerikaanse inflatie.
De Dow-Jonesindex stond rond 20.00 uur (Nederlandse tijd) 0,5 procent lager op 24.101 punten. De breed samengestelde S&P 500 werd 0,6 procent lager gezet op 2913 punten en techbeurs Nasdaq daalde 0,1 procent, tot 9182 punten.
Fauci waarschuwde voor het te snel heropenen van het land. Hij vreest bij een overhaaste terugkeer naar het normale leven zeer ernstige gevolgen zoals nieuwe corona-uitbraken.
Tesla
Tesla ging 2,3 procent omhoog. De maker van elektrische auto's heeft de productie in zijn Californische fabriek hervat en ging daarmee in tegen een verbod van de lokale autoriteiten. Topman Elon Musk benadrukte zelf ook aan de lopende band te gaan staan. President Trump steunde Musk door op Twitter op te roepen de fabriek te laten heropenen, maar personeel zou laten weten dat er te weinig veiliheidsmaatregelen zijn genomen.
Uber werd 5,6 procent hoger gezet na berichten dat het maaltijdbezorger GrubHub over zou willen nemen. Dat laatste bedrijf steeg bijna 37 procent. GrubHub wilde gesprekken met Uber overigens niet bevestigen, maar liet wel weten dat consolidatie in de sector logisch zou kunnen zijn.
Boeing
Boeing (min 1,5 procent) verloor opnieuw flink wat bestellingen voor vliegtuigen. De coronavirus en de problemen met de 737 MAX blijven het bedrijf parten spelen.
Vermogensbeheerder BlackRock (min 7,3 procent) kan ook op aandacht rekenen. Financieel dienstverlener PNC Financial Services wil zijn gehele belang van 22 procent in BlackRock ter waarde van circa 17 miljard dollar gaan verkopen.
Inflatie
De inflatie in de VS is in april afgezwakt naar 0,3 procent op jaarbasis, van 1,5 procent in maart. Dat komt vooral door de fors gedaalde energieprijzen, terwijl de prijzen ook werden beïnvloed door de coronacrisis.
De euro was 1,0852 dollar waard tegen 1,0868 dollar bij het slot van de Europese beurzen. Een vat Amerikaanse olie kostte 7,4 procent meer op 25,93 euro. Brentolie werd 1,5 procent duurder op 30,08 dollar per vat.