Vorige week vrijdag opende de AEX boven de hoogste koers van donderdag en steeg daarna gedurende vier aaneengesloten handelsdagen hoger. De AEX sloot gisteren voor het eerst deze week met verlies. In deze vijf handelsdagen bedraagt de koerswinst 5,2%. Ten opzichte van de laagste slotstand begin vorige maand bedraagt de koerswinst (10,6%) twee keer zoveel.
Er is altijd wel een fundamenteel excuus voor een beursrally of -inzinking. Maar als ECB-president Draghi beweert dat de onzekerheid groot is, hoe moet u dan als toeschouwer oorzaak en gevolg uit elkaar houden? Datzelfde geldt voor de visie van het Internationale Monetaire Fonds. Op 12 april 2011 meldde Het Financieele Dagblad ‘IMF ziet geen grote risico’s voor economie’, maar in september vorig jaar merkte Christine Lagarde van het IMF op ‘Iedereen loopt gevaar.’
Achteraf blijkt vaak dat het beter is om tegen het overheersende sentiment in te gaan. Na april vorig jaar stortten de aandelenkoersen wereldwijd in om na september vorig jaar fors te stijgen. In aanloop naar de koerstop in de AEX dit jaar op 337,20 meldden de financiële pagina’s dat de Federal Reserve een positievere toon aansloeg over het herstel in de Verenigde Staten en dat de lente doorbrak op de Europese beurzen.
Rechtsomkeert
Vrijwel direct nadat de inkt van deze positieve berichtgeving was opgedroogd daalde de AEX naar 281 begin vorig maand. Afgelopen woensdag sloot de AEX op 314,83 en gisteren werd intraday nog even 316,22 genoteerd voordat de AEX rechtsomkeert maakte. De beursrally in de afgelopen maand heeft nu een 61,8% van de koersdaling dit jaar ingelopen. Volledigheidshalve is nog interessant om op te merken dat rond de top in maart dit jaar de AEX 38,2% heeft ingelopen van de koersdaling in de periode 2007 t/m 2009.
Ten opzichte van de top vorig jaar heeft de AEX bij een indexstand op 315,19 nu 50% van het koersverlies hersteld. Al deze drie (Fibonacci)ratio’s zijn heel gebruikelijk in de processen van groei en verval in de natuur. In dit kader kan men zich afvragen of het beursherstel nu weer is afgerond of niet. Om de kansen en bedreigingen in kaart te krijgen is het gebruik van objectieve criteria wenselijk. Niet dat het iets voorspelt, maar het zegt iets over de feiten.
In mijn columns maak ik gebruik van de slotkoers en combineer deze met twee gemiddelden; een 20-daags en 120-daags gemiddelde. Op basis van de slotkoersen gisteren bevinden zich 15 van de 25 AEX-aandelen onder het 20-daags gemiddelde, terwijl dit gemiddelde onder het 120-daags gemiddelde noteert. Dus 60% van de AEX-aandelen bevindt zich in een dalende trend.
Klik op de grafiek voor een grote versie
Smalle basis
Het omgekeerde doet zich ook voor. Zo noteren de aandelen ASML, Unilever en TNT Express in een stijgende trend (afgerond 12%). Het aandeel TomTom noteert onder het 120-daags gemiddelde, terwijl het 20-daags gemiddelde boven het 120-daags gemiddelde noteert. Volgens deze objectieve constatering zou je kunnen zeggen dat het aandeel topvormingskarakteristieken vertoont.
Omgekeerd zien we in zes aandelen een slotkoers boven het 120-daags gemiddelde, terwijl het 20-daags onder het 120-daags gemiddelde beweegt. Volgens deze feiten bewegen iets minder dan een kwart van de aandelen uit de AEX in een bodemproces: dit zijn de aandelen Heineken, Unibail-Rodamco, Corio, Philips, Elsevier en Royal Dutch Shell.
De conclusie dringt zich op dat deze zes aandelen plus de drie aandelen in een stijgende trend op dit moment gezamenlijk nog maar een smalle basis vormen voor een duurzaam herstel. Hopelijk kan zwaargewicht Royal Dutch het koersherstel vasthouden.
Klik op de grafiek voor een grote versie