De maand maart zit er voor de helft op en we stomen gestaag richting het einde van het eerste kwartaal van 2017. Ik had al aanzienlijk eerder en vanaf een aanzienlijk lager niveau de start van de eerste correctie van dit jaar verwacht, maar die is tot op heden nog steeds uitgebleven. Komt er nog wel een correctie?
Hoe meer mensen zich dit afvragen, hoe risicovoller de situatie wordt. De euforie in de markt is tot grote hoogte gestegen en we zien in de media vooral aandacht voor de steeds verder oplopende markt en de positievere analyses en verwachtingen.
Toch is het onmogelijk in een zeer krachtige en euforische markt het keerpunt aan te geven. In de afgelopen maanden zijn er geregeld signalen gegeven als startsein voor een correctie. Die bleken echter steeds vals te zijn. De bekendste is de doorbraak door de 480,40 aan het einde van januari.
Rechte lijn
Hiermee werd een smalle zijwaartse consolidatiefase neerwaarts afgerond nadat de bovenkant van het sinds februari 2016 stijgende trendkanaal was getest. De onderkant van dit brede stijgende trendkanaal werd in december bij 445,65 voor de laatste keer getest.
Vanaf dit niveau steeg de AEX in een rechte lijn richting de bovenkant en tevens de bovenkant van mijn eindejaarsdoel van 485. Een half jaar geleden zagen velen de markt richting het einde van het jaar niet meer oplopen richting mijn doel van 475 tot 485.
Met het bereiken van mijn volgende middellangetermijndoel (510) zien diezelfde beleggers voorlopig geen correctie meer plaatsvinden. Toch had ik pas een test en doorbraak van 510 verwacht na een normale correctie. Die is dus uitgebleven, maar de risico’s blijven aanwezig in de markt.
Mijn langetermijndoel voor de tweede helft van dit jaar ligt overigens bij de top van 2007, bij 564.
Daggrafiek AEX

Klik op de grafiek voor een grote versie
Risicosignalen
Het elastiek wordt steeds strakker aangespannen en na de vorming van de bodem eind januari bij 476,70 (terugtest tot aan het 50-daags gemiddelde) is de AEX in opnieuw een rechte lijn opgelopen naar de top van eind vorige week bij 514.
Vanaf de decemberbodem heeft er dus een stijging van bijna 70 punten plaatsgevonden met alleen een consolidatiefase van ongeveer 10 punten breed tussen 20 december en eind januari. Inmiddels is de afstand tot aan het 200-daags gemiddelde opnieuw opgelopen naar ongeveer 10%, een risico-afstand.
De laatste keer dat een dergelijk grote afstand in de markt aanwezig was, was in de zomer van 2015 in de zone 506 tot 510. Ook zijn er nog genoeg signalen vanuit de technische indicatoren.
- Zowel de RSI als de MACD blijven nog onder hun toppen van enkele maanden geleden (negatieve divergentie). In de RSI is daarbij een stijgende wig te zien, een potentieel toppatroon. Maar voor beide indicatoren geldt dat de stijgende bodemlijn structureel moet worden gebroken.
- De RSI in de S&P 500 is daarentegen recent naar een zeer hoog niveau gestegen. De laatste keer dat een dergelijk niveau werd bereikt, was in de jaren 1996–1997.
- Als laatste maakt de VIX hogere bodems in het kortetermijnbeeld, ook een vorm van negatieve divergentie.
Dit geeft een cocktail van risicosignalen aan.
Daggrafiek Eurostoxx 600

Klik op de grafiek voor een grote versie
Internationale indices
Als we kijken naar de AEX ten opzichte van de andere indices, dan zien we momenteel alleen hogere toppen in de AEX. Een voorwaarde om de opwaartse doorbraak van de 510 geldig te maken, is het feit dat andere indices ook vergelijkbare opwaartse vervolgsignalen moeten laten zien. En die blijven uit.
Zowel de Nikkei als de DAX wisten hun toppen van de afgelopen periode nog wel bijna te testen, waarbij in de DAX de sinds eind vorig jaar stijgende bodemlijn al werd gebroken. Deze bodemlijn maakte deel uit van een grote stijgende wig.
In indices als de Stoxx Europe 600 en de S&P 500 lijkt in het zeerkortetermijnbeeld juist een lagere top in de maak te zijn. De opleving van de afgelopen dagen blijft in deze indices zeer beperkt en de druk op de sinds eind vorig jaar stijgende bodemlijn neemt steeds verder toe.
Onder de bodemlijnen
Hierdoor is de kans reëel dat de recente uitbraak van de AEX boven de 510 een laatste stuiptrekking in het kortetermijnbeeld is en daardoor vals is. Toch moet er meer gebeuren om de huidige zeer krachtige opgaande kortetermijntrend te beëindigen en de eerste correctieve beweging van dit jaar te starten.
Met de vorming van de top twee dagen geleden bij 514 werd een groot toppatroon gevormd, een shooting star. Voorafgaand aan dit patroon werd een opwaartse gap gevormd, een potentiële exhausting gap.
Zolang er echter geen bevestiging van verzwakking wordt gegeven onder twee stijgende bodemlijnen, blijft de kans op meer opwaartse druk mogelijk. Weerstand ligt nu bij 514 en 519. Het eerste steunpunt ligt bij de vrijdag gevormde opwaartse gap tussen de 508,20 en 509,45.
Een sluiting van deze gap zou een kleine verzwakking opleveren.
Wachten op bevestiging
De opgaande trends in het kortetermijnbeeld zijn steeds steiler geworden. De meest steile bodemlijn startte eind februari en ligt nu bij 507,80. De belangrijkste te breken opgaande bodemlijn loopt langs de decemberbodem van 445,65 en de januaribodem van 476,70.
Vandaag ligt deze steunlijn bij 498 en loopt dagelijks ongeveer 0,70 punt op. Hieronder wordt de bevestiging gegeven dat een correctieve beweging lijkt te zijn gestart. Maar zover is het nu nog niet. Toch zie ik vermoeidheid ontstaan, vooral in de andere indices.
De trends lijken in een laatste blow off-fase te zitten en de eerste toppatronen werden gevormd (veelal onder de vorige toppen in de meeste indices). Het is nu wachten op meer bevestiging onder de stijgende bodemlijnen.