NEW YORK (AFN) - De beurzen in New York zijn maandag met verlies de handel uitgegaan. Beleggers kregen wat overnamenieuws te verwerken en er kwamen tegenvallende cijfers naar buiten over de Amerikaanse huizenmarkt. Ook waren er zorgen over de Chinese economie. Nieuwkomer Alibaba gaf terrein prijs na de beursgang van afgelopen vrijdag.
De Dow-Jonesindex noteerde aan het slot van de handel 0,6 procent lager op 17.172,68 punten. De brede S&P 500 zakte 0,8 procent naar 1994,29 punten en de technologiegraadmeter Nasdaq leverde 1,1 procent in tot 4527,69 punten.
De verkoop van bestaande woningen in de Verenigde Staten is in augustus met 1,8 procent gedaald naar 5,05 miljoen op jaarbasis in vergelijking met een maand eerder. Economen hadden gemiddeld juist een stijging met 1 procent voorspeld.
China
De Chinese minister van Financiën Lou Jiwei liet afgelopen weekend weten dat China de economie niet extra zal stimuleren. Zelfs niet als economische indicatoren wijzen op ,,neerwaartse druk'' op de groei, aldus de minister.
Het aandeel Alibaba eindigde 4,3 procent lager op 89,89 dollar. Het Chinese webwinkelbedrijf ging vrijdag naar de beurs voor 68 dollar per aandeel. Met de beursgang werd in totaal 25 miljard dollar opgehaald, waarmee het de grootste ooit is.
Apple
Sigma-Aldrich won ruim 33 procent na de bekendmaking dat het Duitse farmacie- en chemieconcern Merck de producent van chemicaliën en laboratoriummateriaal wil overnemen voor 17 miljard dollar. Verder werd gemeld dat het Duitse technologieconcern Siemens de Amerikaanse toeleverancier aan de olie- en gasindustrie Dresser-Rand (plus 2,6 procent) overneemt voor 7,6 miljard dollar.
Apple liet weten afgelopen weekeinde meer dan 10 miljoen nieuwe iPhones 6 en 6 Plus te hebben verkocht, een nieuw record. Van de modellen 5s en 5c werden vorig jaar kort na de introductie 9 miljoen stuks aan de man gebracht. Apple sloot licht hoger.
De euro was 1,2846 dollar waard, tegen 1,2828 dollar bij het slot van de Europese handel. Een vat Amerikaanse olie werd 1 procent goedkoper op 91,52 dollar. Brent kostte 1,4 procent minder op 96,98 dollar per vat.