HEERLEN (AFN) - Speciaalchemiebedrijf DSM heeft ook in het eerste kwartaal van 2014 last gehad van negatieve wisselkoerseffecten. Dat bleek dinsdag uit de kwartaalupdate van het concern.
DSM zag het operationeel resultaat (ebitda) uitkomen op 272 miljoen euro. Dat is 29 miljoen euro minder dan een jaar eerder, waarvan 23 miljoen euro werd veroorzaakt door negatieve valuta-effecten. De omzet daalde door prijsdalingen en wisselkoersen met 1 procent tot 2,3 miljard euro. De nettowinst waarop het resultaat per aandeel wordt berekend, daalde met 19 miljoen euro tot 97 miljoen euro.
Het bedrijfsresultaat bij het onderdeel Nutrition kwam uit op 203 miljoen euro, 6 procent minder dan een jaar geleden. Volgens DSM ,,lijkt het er op dat de tegenwind bij Nutrition in het eerste kwartaal gepiekt heeft.''
Caprolactam
De tak Materials Sciences werd geraakt door mindere prestaties van de caprolactam-activiteiten. DSM produceerde meer caprolactam dankzij een nieuwe lijn in een fabriek in China, maar dat effect werd tenietgedaan door productiebeperkingen in de VS als gevolg van de strenge winter daar. De marges op caprolactam stonden bovendien onder druk door een combinatie van lagere prijzen en hogere kosten voor benzeen.
Het bedrijf handhaaft de verwachtingen voor 2014 en voorziet een verbetering van het ebitda-resultaat in de komende kwartalen. DSM gaat er van uit dat de ongunstige wisselkoersen die in januari golden ook in de rest van het jaar een negatief effect op de resultaten hebben. Daarbij verwacht het bedrijf aanhoudend moeilijke marktomstandigheden, met een lage economische groei in Europa, een bescheiden vooruitgang in de VS en een afkoeling van opkomende markten.
Operationele prestaties
DSM gaf bij de presentatie van de jaarcijfers al aan de operationele prestaties dermate te willen verbeteren dat minimaal een negatief wisselkoerseffect van 70 miljoen euro wordt gecompenseerd. Financieel directeur Rolf-Dieter Schwalb gaf in een toelichting aan dat vooral beoogde verbeteringen bij Nutrition in de tweede helft van dit jaar zullen bijdragen aan het behalen van die doelstelling.
Vooralsnog geldt echter dat de wisselkoersen zich slechter hebben ontwikkeld dan DSM in januari voorzag. Schwalb gaf als voorbeeld dat de euro bijna 1,39 dollar waard is, waar DSM in januari uitging van 1,36 dollar.