NEW YORK (AFN) - De aandelenbeurzen in New York gingen maandag verder omhoog, nadat de brede S&P 500 en technologiegraadmeter Nasdaq vrijdag naar nieuwe recordstanden stegen. Net als in Europa putten beleggers op Wall Street moed uit de positieve berichten over de behandeling van het coronavirus en een mogelijk versnelde goedkeuring van een vaccin in de Verenigde Staten.
De Dow-Jonesindex noteerde in de tussentijdse handel 0,9 procent hoger op 28.189 punten. De S&P 500 steeg 0,7 procent tot 3421 punten en de Nasdaq won 0,5 procent tot 11.367 punten.
President Donald Trump overweegt naar verluidt een experimenteel coronavaccin in een stroomversnelling te brengen zodat het middel nog voor de verkiezingen van 3 november in noodgevallen kan worden gebruikt in de VS. Ook heeft toezichthouder FDA op aanwijzing van Trump de plasmatherapie tegen Covid-19 versneld goedgekeurd.
Bedrijven in de reissector gingen flink omhoog. Luchtvaartbedrijven als American Airlines, United Airlines en Delta Air Lines klommen tot 8,5 procent. Cruisemaatschappijen Carnival, Royal Caribbean Cruises en Norwegian Cruise Line werden tot 8 procent hoger gezet.
Investeerder Blackstone maakte verder bekend dat het de Japanse activiteiten op het gebied van consumentenzorgproducten overneemt van farmaceut Takeda. Met die deal is omgerekend 2,3 miljard dollar gemoeid. Daarnaast wil Blackstone zo'n 5 miljard dollar ophalen met de verkoop van het belang in energiebedrijf Cheniere. Het aandeel Blackstone won 1 procent.
Techreus Apple gaf zijn opmars van de voorbije tijd een vervolg. Het aandeel steeg met een plus van 1,5 procent voor het eerst boven de grens van 500 dollar. Apple werd onlangs qua beurswaarde meer dan 2 biljoen dollar waard.
Verder zijn de markten in afwachting van de uitkomsten van het jaarlijkse symposium van de Federal Reserve. Fed-baas Jerome Powell spreekt op donderdag over de langverwachte beleidskaders van de Amerikaanse centralebankenkoepel. Daarbij zal de aandacht in het bijzonder uitgaan naar de inflatiestrategie van de Fed.
De euro was 1,1801 dollar waard, tegen 1,1802 dollar bij het slot van de handel in Europa. Een vat Amerikaanse olie werd 0,6 procent duurder op 42,61 dollar. Brentolie klom 1,5 procent in prijs tot 45,03 dollar per vat.