NEW YORK (AFN) - De aandelenbeurzen in New York stonden vrijdag halverwege de sessie op winst. Grote banken als JPMorgan Chase, Citigroup en Wells Fargo stonden in de schijnwerpers nadat ze de boeken hadden geopend. Verder verwerkten beleggers cijfers over onder meer de inflatie en de winkelverkopen.
De leidende Dow-Jonesindex stond omstreeks 19.30 uur (Nederlandse tijd) 0,4 procent hoger op 21.634 punten. De breed samengestelde S&P 500 steeg 0,4 procent tot 2457 punten. Beide graadmeters lijken daarmee op weg naar nieuwe records. Technologiebeurs Nasdaq klom 0,5 procent tot 6304 punten.
Banken gingen over een breed front omlaag, ondanks bemoedigende kwartaalresultaten van een aantal van hen. Zo zag JPMorgan Chase, naar bezittingen gemeten de grootste bank van de VS, de nettowinst met bijna een tiende oplopen naar ruim 7 miljard dollar. Hogere inkomsten uit leningen compenseerden relatief zwakke prestaties bij de handel in aandelen en obligaties. Het aandeel daalde echter 1 procent.
Wells Fargo
Wells Fargo, de grootste hypotheekverstrekker van de VS, zag de winst met 5 procent stijgen tot 5,8 miljard dollar. Wells Fargo ging 1,1 procent omlaag. Bij Citigroup (min 0,4 procent) was sprake van een winstdaling met 2,5 procent tot 3,9 miljard dollar.
Autoconcern Fiat Chrysler (plus 0,3 procent) stond in de schijnwerpers vanwege een grote terugroepactie. Het concern haalt 1,3 miljoen auto's terug naar de garage in verband met een probleem aan airbags en brandgevaar.
Wal-Mart
Winkelketen Wal-Mart was met een winst van 1,7 procent een opvallende stijger, geholpen door een adviesverhoging van Goldman Sachs. Voor Boeing (plus 0,9 procent) gold een soortgelijk scenario, nadat JPMorgan zich in een rapport positief uitliet over de vliegtuigmaker.
De Amerikaanse inflatie zwakte in juni af naar 1,6 procent op jaarbasis, van 1,9 procent in mei. Economen rekenden in doorsnee op 1,7 procent. Verder namen de winkelverkopen in de VS die maand onverwacht met 0,2 procent af.
De euro was 1,1462 dollar waard, tegen 1,1459 dollar bij het slot van de Europese beurzen. De prijs van een vat Amerikaanse olie steeg 0,9 procent tot 46,49 dollar. Brentolie kostte ook 0,9 procent meer, op 48,85 dollar per vat.