Ook een soepel lopende machine heeft op z'n tijd groot onderhoud nodig. Vanaf 1 januari komen er acht nieuwe beleggingsfondsen in de IEX Fonds 40. Dat is veel, om precies te zijn twee keer zo veel als een jaar geleden bij de eerste herschikking. En dat terwijl de index het ook in het tweede jaar gewoon goed gedaan heeft.
Na de 37,3% rendement van vorig jaar staat er dit jaar, vlak voor het sluiten van de markt, 19,6% op de teller. Dat is samen goed voor 64,2% rendement. Maar ook in een winnend team moet je de veranderingen niet schuwen, als er voor veranderingen aanleiding is.
Acht nieuwe namen dus. En dat terwijl drie fondsen in de index die dit jaar teleurstellend presteerden ten opzichte van hun peers gewoon hun plekje behouden, omdat hun rendement gemeten over de afgelopen drie en vijf jaar dat nog rechtvaardigt:
- Carmignac Euro Entrepreneurs
- Schroder Commodities
- Threadneedle Global Bond
Bij dat laatste fonds is in de loop van dit jaar een nieuwe fondsbeheerder aangesteld. Quentin Fitzsimmons, boegbeeld bij Threadneedle, heeft Peter Allwright vervangen. In dit geval reden te meer om het fonds in 2011 een nieuwe kans te geven.
Mutaties 1 & 2: degradatiekandidaten
Bekendste uittreder is zonder twijfel BNP Paribas OBAM. Het fonds presteerde in 2010 opnieuw ondermaats, nadat het eerder in 2008 al hard was uitgegleden. Bovendien legde sterfondsbeheerder Rolf Stout het bijltje erbij neer. Op basis van het rendement van de afgelopen jaren is een plek in de IEX Fonds 40 niet langer verdedigbaar.
Voor de vervanging kwamen op basis van de criteria twee fondsen in aanmerking: ING Global Opportunities van beheerder Tycho van Wijk en Skagen Global. Omdat er al het maximum van drie fondsen van ING in de index zitten, neemt Kristian Falnes met zijn Skagen Global de plek van BNP Paribas OBAM in.
Falness is nog maar sinds ongeveer een jaar beheerder van het fonds (geen pre), maar kent het klappen van de Skagen-zweep omdat hij eerder jarenlang aan het roer van Skagen Vekst stond. In de categorie ‘Aandelen Opkomende Markten’ verliest Schroder ISF BRIC door tegenvallende prestaties zijn plek aan Aberdeen Global Emerging Markets Equities, een fonds dat de afgelopen jaren een uitstekend trackrecord heeft opgebouwd.
Mutaties 3-5: weeffouten
Feitelijk zijn dat de enige twee mutaties op basis van tegenvallende rendementen. De derde, vierde en vijfde wijziging hebben vooral te maken met het gladstrijken van kleine oneffenheden in de oorspronkelijke opzet van de index. De index is opgebouwd uit vijf subindices (aandelen, obligaties, vastgoed, geldmarkt en thema’s) en uiteindelijk weer onderverdeeld in 20 subcategorieën die stuk voor stuk uit twee vergelijkbare fondsen bestaan.
In drie van de 20 subcategorieën zaten echter fondsen met een verschillend speelveld. Bij ‘Aandelen Hoog Dividend’ zat een wereldwijd en een Europees fonds. Door Kempen European High Dividend Fund te vervangen door Kempen Global High Dividend Fund (beheerd door hetzelfde team met de zelfde dividendstrategie) wordt die plooi gladgestreken en is de subcategorie voortaan ‘Aandelen Hoog Dividend Wereldwijd’.
Bij ‘Aandelen Nederland’ werd in de eerste twee jaar gekozen voor een largecapfonds en een smallcapfonds. Binnen een niche als Nederland is die scheiding niet logisch. Vandaar dat die onderverdeling nu is opgeheven. Dat betekent dat SNS Nederlands Aandelenfonds wordt vervangen door Kempen Orange Fund.
Bij ‘Thema Duurzaamheid’ was oorspronkelijk gekozen voor een duurzaam aandelenfonds en een duurzaam obligatiefonds. Ook die onderverdeling wordt per 1 januari opgeheven. Dat betekent dat Triodos Sustainable Equity Fund de plek inneemt van Triodos Groenfonds.
Mutaties 6-8: verhandelbaarheid
Tot slot worden drie fondsen vervangen die daar zelf feitelijk geen enkele aanleiding voor geven. De performance was ook dit jaar weer prima in orde, er zijn geen wijzigingen in het beheer doorgevoerd. Maar de crux zit ’m hier in de ingebouwde restricties.
Vanaf volgend jaar moeten de fondsen niet alleen een dagelijkse koers en verhandelbaarheid hebben, maar moet ook van andere hindernissen (zoals instapdrempels, beperkte uitstapmogelijkheden) geen sprake zijn. Dat versterkte criterium kost drie fondsen de kop:
- AXA WF Euro Credit Plus
- Pioneer US Research
- Invesco Global Real Estate
Deze fondsen worden vervangen door minstens even goede best in class-fondsen:
- Delta Lloyd Euro Credit Fonds (van ‘Dr. Hoe’ Arnold Gast)
- Robeco US Premium Equities
- Henderson Global Property Equities
Met deze laatste drie wijzigingen wordt de index makkelijker repliceerbaar voor beleggers.
Op 1 januari komen de acht nieuwkomers in de index en worden alle fondsen teruggezet op hun beginweging van 2,5%. Op die manier worden gerealiseerde winsten veiliggesteld en de volatiliteit van de index gedempt.