De huizenprijzen zijn de afgelopen jaren flink gestegen. De redenen zijn bekend: hoge huurprijzen, lage hypotheekrente en weinig aanbod van te koop staande woningen.
Vooral starters op de woningmarkt hebben het moeilijk. Velen willen kopen, want zij vinden dat kopen goedkoper is dan huren. Betreffende huren versus kopen is er al jarenlang een flinke discussie gaande. Waarom mag iemand met zijn inkomen wel een huurprijs van €1.000 betalen maar is een hypotheek van €800 bruto per maand is niet mogelijk?
Waarschijnlijk kunt u als lezer antwoord geven op deze vraag. In ieder geval is duidelijk dat starters wel willen kopen, maar dat vaak niet kunnen.
Overdrachtsbelasting
Het kabinet wil deze groep een handje helpen. In mijn column DNB: huizenprijzen gaan dalen kon u lezen dat er een voorstel is om aan een hogere maximale hypotheek te komen door het tweede inkomen bij toetsing voor 90% (was 80%) mee te nemen.
Voor alle duidelijkheid (in de column heb ik het misschien niet duidelijk vermeld): het tweede inkomen wordt wel volledig meegenomen, maar voor het toetsingspercentage wordt dan 90% meegenomen en bij het eerste inkomen opgeteld. Dit toetsingspercentage is weer van belang voor de maximale hypotheek.
Het kabinet wil nog een stapje verder gaan voor de starters. Er ligt nu een voorstel om vanaf 1 januari 2021 de overdrachtsbelasting af te schaffen voor starters in de leeftijd van 18 tot 35 jaar.
De overdrachtsbelasting, die nu 2% bedraagt, wordt betaald door kopers die een bestaande woning kopen. Bij een nieuwbouwwoning is er geen sprake van overdrachtsbelasting. Even rekenen laat al snel zien wat het voordeel gaat worden voor een starter. Bij een koopsom van een gekochte woning van 250.000 euro bespaart de starter dus 5.000 euro.
Ik ben zeer benieuwd naar uw reactie, maar dit bedrag lijkt geen enorme invloed te gaan hebben op het gemak waarmee een starter een woning kan kopen. Er ontstaat echter wel een vreemde situatie: in 2020 heeft een starter geen 2% voordeel over de koopsom als de hypotheek passeert bij de notaris. In 2021 is dit wel mogelijk.
Starters die de komende maanden een woning kopen, zullen pas eigenaar willen worden van deze woning in 2021. Ook wie zijn woning wil gaan verkopen moet hier dus rekening mee houden.
Starter of doorstromer?
Ik verwacht nog een groter probleem. Den Haag zorgt er weer voor dat er een onderscheid komt, namelijk tussen starters en doorstromers. En dat lijkt simpel te controleren, maar wie gaat dat doen?
Er zijn situaties te bedenken waarbij iemand eigenaar is geworden van een woning zonder een woning te hebben gekocht. Deze personen zijn doorstromers (volgens de fiscus) maar hebben nog nooit betaalde hypotheekrente opgegeven aan de fiscus. Ik kan me heel goed voorstellen dat deze personen vinden dat zij een starter zijn op de woningmarkt.
Een hypotheekadviseur of bank zal dus goed moeten navragen wat er in het verleden is gebeurd. En als iemand niet alles goed vertelt of bijvoorbeeld (expres) verzwijgt, kan er een nare situatie ontstaan. Wie is er aansprakelijk als achteraf blijkt dat er wel 2% overdrachtsbelasting moet worden betaald?
Instabiele regelgeving
Het leuke van alle beslissingen in Den Haag is dat ze voor een langere periode moeten gelden, maar dan na een paar jaar worden veranderd of verdwijnen. Vooral de huizenbezitter heeft vanaf 2001 met heel veel wijzigingen en nieuwe regeltjes te maken gekregen.
Een mooi voorbeeld is de stap die een paar jaar geleden is gezet om de renteaftrek naar 37,05% te brengen in 2023. De afbouw zal dan 3% per jaar zijn. Nu zijn er alweer geluiden uit Den Haag dat CDA, D66 en ChristenUnie deze afbouw sneller - over een kortere periode - willen laten plaatsvinden.
Natuurlijk denkt de VVD daar anders over. De partij gooit altijd de kont tegen de krib, maar doet later weer heel veel water bij de wijn. Eigenlijk zijn beloftes die gedaan zijn in Den Haag totaal niets waard.
En uiteraard doet ook Brussel een duit in het zakje. Zij “beloven” nu Nederland 6 tot 7 miljard te geven als we de hypotheekrenteaftrek “hervormen”. Brussel wil dus eigenlijk dat Nederland de hypotheekrenteaftrek volledig afschaft.
Natuurlijk is dat mogelijk en er zijn tal van mogelijkheden doorberekend. De huizenprijzen mogen namelijk niet te veel dalen. De hypotheekrenteaftrek moet dan ook niet per direct worden afgeschaft maar het liefst in een aantal jaren. Dit gebeurt dan stapsgewijs waardoor bijvoorbeeld in 2030 de hypotheekrenteaftrek volledig vervalt.
Onbedoelde effecten
De heren en dames in Den Haag vergeten echter dat afschaffing van de hypotheekrenteaftrek ook gevolgen heeft voor de hypotheekvormen. Nu sluiten starters een annuïteiten- en/of lineaire hypotheek af, om gebruik te kunnen maken van de hypotheekrenteaftrek. Bij deze hypotheekvormen wordt het hypotheekbedrag in maximaal 30 jaar afgelost.
Bij afschaffing van de renteaftrek zijn dit soort hypotheken niet meer aantrekkelijk, en zal de aflossingsvrije hypotheek weer vaak worden afgesloten. Waarom zou een starter zijn hele hypotheek aflossen? Ik ben zeer benieuwd hoe Brussel daar dan weer over gaat denken.
Ingewikkeld
Uit onderzoek is ook gebleken dat veel hypotheekadviseurs de huidige fiscale regels te ingewikkeld vinden. Zij zijn voorstander van afschaffing van de hypotheekrenteaftrek!
Deze adviseurs sturen hun klanten nu wel een factuur van 2.500 tot 3.500 euro voor het hypotheekadvies en het afsluiten van de hypotheek. Hebben zij dan niet door dat ze geen toegevoegde waarde meer zullen hebben als de hypotheekrenteaftrek volledig wordt afgeschaft? Hoe ingewikkelder de materie, hoe belangrijker de hypotheekadviseur is. Deze bewijst dan echt zijn waarde omdat hij volledig op de hoogte van de materie en de fiscaliteit is.
Dat veel hypotheekadviseurs de ingewikkelde fiscaliteit niet willen leren, betekent dat ze aan een grote groep huizenbezitters geen advies kunnen geven en dus ook geen factuur kunnen sturen. Helaas geven ze niet aan hun klanten door dat zij de berekening niet (goed) kunnen maken.
Nieuwe regels
In ieder geval is duidelijk dat er vanuit Den Haag weer aan een touwtje wordt getrokken om een bepaalde groep te helpen om een huis te kunnen kopen. Ik ben echter van mening dat als er rechts aan een touwtje wordt getrokken, er links ook wat gebeurd. Dit wordt dan later geconstateerd en dan wil men het weer repareren.
Hieronder even een opsomming van minimaal 20 wijzigingen die allemaal al vanaf het jaar 2000 zijn doorgevoerd:
- Dertig jaar renteaftrek voor iedere huizenbezitter vanaf 1-1-2001
- Invoering van de bijleenregeling vanaf 1-1-2004
- Invoering gedragscode per 1-1-2007 (vaste woonquotes, toetsrente naar tien jaar)
- Invoering van het banksparen vanaf 1-1-2008
- Maximale aflossingsvrije hypotheek 50% van de waarde van de woning vanaf 1-8-2011 (nieuwe gedragscode hypothecaire financieringen)
- Vervallen van de goedkoperwonenregeling vanaf 1-1-2010
- Invoering BGFO 2 vanaf 1-1-2010 (verbod bonusprovisie, provisie moet passend zijn)
- Invoering van de verplichte aflossing voor starters vanaf 1-1-2013
- Beperking van de kosten koper naar 5% vanaf 2013, dit percentage wordt in stapjes per jaar afgebouwd naar 0%
- Per 1-1-2014 een verdere beperking van de maximale renteaftrek met 0,5% per jaar voor de hoge inkomens. De renteaftrek is nog 51,5% (was 52%) in 2014, verdere afbouw met 0,5% per jaar tot 38% bereikt is
- Afschaffing van diverse subsidies voor starters vanaf 1-1-2013
- Beperking van lopende box 1-polissen en rekeningen voor doorstromers vanaf 1-1-2013
- Fiscaliteit vanaf 1-1-2013 wordt zeer ingewikkeld doordat er twee groepen ontstaan (starters en doorstromers)
- Afschaffing provisie (adviseurs moeten op factuur gaan werken)
- Studiefinanciering wordt als lening beoordeeld
- Blokhypotheek zit vanaf 2014 in de NHG-regels, maar welke bank biedt die al aan?
- Nieuwe NHG-regels met betrekking tot het toetsen van de maximale hypotheek bij scheiding (werkelijke last-toets)
- Het maximale voordeel van de hypotheekrenteaftrek wordt vanaf 2020 in grotere stappen verlaagd naar 37,05%
- Verlaging van het Eigen Woning Forfait naar 0,6% (is nu 0,75%)
- Afschaffen van de Wet-Hillen