In Deel 1 heb ik gekeken of het verstandig is het (aandelen)risico van een portefeuille te verlagen als de pensioendatum in zicht komt. Het antwoord hierop is duidelijk. Dat is zeker verstandig.
Tien jaar ervoor is een goede datum om daarmee langzaam te beginnen. Maar door de ultralage rente zal het moeilijk worden om de doelstelling te halen als een belegger van aandelen overstapt naar obligaties. Maar wat dan? Nieuwe tijden vragen om nieuwe oplossingen.
Pensioenfondsen en andere beleggingsinstellingen zetten steeds meer in op alternatieve beleggingen om zowel een relatief hoog maar ook stabiel rendement te behalen. Veel van die alternatieve beleggingen (hedge funds, private equity) zijn echter onbereikbaar voor de kleine belegger.
Een alternatief
Eerder schreef ik al dat particuliere beleggers op relatief eenvoudige wijze de voordelen van beleggingen in private equity en hedge funds kunnen nabootsen. Wat nu als de belegger deze alternatieve beleggingen gebruikt om het risico af te bouwen, maar kans wil houden op een wat hoger rendement?
In plaats van een gelijk verdeelde portefeuille met 50% aandelen en 50% obligaties kies ik voor het volgende alternatief: 33% obligaties, 27% aandelen waarvan 7% wordt belegd in smallcap value aandelen (namaak PE) en 33% in alternatieve beleggingen (namaak HF). Dat ziet er dan zo uit:
De uitkomsten geef ik weer net als in de vorige column: de hoogte van de groene staaf geeft aan wat je gemiddeld kunt verwachten als het resultaat boven de doelstelling (A). De oranje staaf geeft aan hoeveel je in het slechtste geval onder de doelstelling uitkomt (B).
Daarnaast bestaat de kans dat je de doelstelling niet haalt (C).
Inflatie
Dit ziet er een stuk beter uit dan alleen een mix van aandelen en (staats)obligaties. Een veel kleinere kans dat de doelstelling niet wordt gehaald. En ook een lager verlies als het wel mis gaat. Daarnaast is het verwachte rendement ook nog eens beter dan de standaard gemengde portefeuille.
Het loont dus om als pensioenbelegger op leeftijd verder te kijken dan alleen staatsobligaties als middel om het risico van uw portefeuille te verlagen. Maar vergeten we nu niet iets? De afgelopen jaren is er natuurlijk nauwelijks inflatie geweest, maar dat betekent niet dat dit zo blijft.
Als je geld wel groeit, maar de prijzen harder gestegen zijn, kom je toch echt te kort. Het nadeel van traditionele beleggingen als aandelen en obligaties is dat ze allebei slecht presteren in tijden van hoge en oplopende inflatie, zoals we bijvoorbeeld in de jaren zeventig hebben gezien.
Om dat risico te verkleinen moet je eigenlijk een deel van de portefeuille beleggen in zaken die daar juist wel van profiteren. Grondstoffen bijvoorbeeld en vastgoed. En aandelen en obligaties van emerging markets. En natuurlijk inflation linked bonds.
Een portefeuille met zowel alternatieve beleggingen maar ook een inflatiebasket zou met name in de jaren zeventig het een stuk beter gedaan hebben dan de vorige portefeuilles. Weer worden de beleggingen gelijk verdeeld, maar nu over vier categorieën in plaats van drie.
Conclusie
Het is verstandig om het risico van de pensioenportefeuille te verlagen als de pensioendatum in zicht komt. Zeker als er maandelijks geld onttrokken wordt in plaats van ingelegd werkt te veel risico nemen tegen je. Maar door de lage rente is het moeilijker geworden om de doelstellingen te halen.
Dit valt (deels) op te vangen door naast aandelen en obligaties ook in alternatieve assets te beleggen. Hierdoor kan het risico ook verlaagd worden, maar wordt het verwachte rendement minder aangetast. Daarnaast zou u misschien meer oog moeten hebben voor inflatierisico.
Op deze manier heeft u meer kans om uw doelstelling te halen en is het risico als het tegenzit kleiner. Wat wilt u nog meer? Let wel, de portefeuille verdelingen zijn een van de vele mogelijkheden die een belegger heeft en dienen ter illustratie van de effecten op risico en rendement voor een pensioenbelegger.
In de columns ben ik uitgegaan voor de (verwachte) rendement voor een Amerikaanse belegger vanwege de beschikbaarheid van data. De (verwachte) rendementen voor een Europese belegger zullen lager zijn, maar het inflatierisico hopelijk ook.
De conclusie over wenselijkheid van risico afbouwen en aantrekkelijkheid van alternatieve beleggingen en inflatiebasket blijven onveranderd.