De recente resultaten van Shell over het eerste kwartaal bevatten ook twee interessante mededelingen over de NAM en Groningen.
Ten eerste werd aangegeven dat de beslissing van het kabinet om de productie van het Groningen veld terug te brengen naar nul (tussen nu en 2030) naar verwachting zal leiden tot een afboeking van de bewezen reserves met 500 tot 650 miljoen boe (barrel of oil equivalent); ongeveer 6% van de totale bewezen reserves van Shell.
Waardevermindering
Daarnaast werd aangegeven dat de productiemaatregelen in Groningen leiden tot een waardevermindering van de Groningen asset en dat met een afwaardering van 244 miljoen dollar het belang van Shell in NAM nu volledig is afgeschreven.
Hoe dienen beleggers deze twee ogenschijnlijk tegenstrijdige mededelingen (6% van de totale bewezen reserves moet toch veel meer waard zijn dan 244 miljoen dollar) te duiden?
In Nederland overheerst het beeld van een ondoorzichtig gasgebouw waarin Shell en ExxonMobil met een minimum aan inspanning schatrijk zijn geworden aan het gas uit Groningen. Het is een beeld dat door vele politici maar al te graag in stand wordt gehouden; weinig dingen zijn zo populair als het schoppen tegen een bank of oliemaatschappij.
Verkeerd beeld
Het is echter een beeld dat ver bezijden de waarheid ligt. De verdeling van kosten en opbrengsten is duidelijk. De NAM (50% Shell, 50% ExxonMobil) krijgt ongeveer 10% van de opbrengst (iets minder in tijden van hoge gasprijzen, iets meer in tijden van lage gasprijzen) en de staat ongeveer 90%. De NAM neemt 36% van de kosten voor haar rekening en de staat 64%.
Deze verdeling zorgde ervoor dat tot 2012, in de tijd dat aardbevingen nog geen serieuze kosten met zich meebrachten, Shell en ExxonMobil elk een kleine 5% van de winst ontvingen en de staat ruim 90%.
Uit de jaarlijkse 20-f rapporten van Shell aan de Amerikaanse SEC (zoals de recent uitgekomen 2017 20-f) laat zich distilleren hoe zich de bewezen reserves en de geschatte toekomstige netto cash flow uit die bewezen reserves (een goede indicatie van de waarde ervan) zich van 2012 tot nu van jaar tot jaar ontwikkelden.
Klik op de grafiek voor een grote versie
Van asset naar liability
De toekomstige net cash flow uit Groningen voor Shell daalde van naar schatting ongeveer $5 miljard (in 2012) tot vrijwel nul (eind 2017; vlak voor Zeerijp). Het laatste overgebleven restje waarde werd bij de recente presentatie van de kwartaalcijfers door Shell volledig afgeschreven. Het is aannemelijk dat die waarde na de recent aangekondigde productiemaatregelen nu negatief is geworden.
Groningen is voor Shell geen asset meer maar een liability. Het staat in schril contrast met de grote waarde die Groningen nog steeds voor de staat heeft.
Dit alles is het logische gevolg van de steeds hoger wordende schatting van toekomstige kosten gerelateerd aan schades, de waardevermindering van huizen en versterkingsoperaties (kosten die voor een relatief groot deel op het conto van de NAM komen) in combinatie met een dalende gasproductie en gasprijzen.
Wat beleggers hieruit kunnen halen is dat de waarde van Groningen voor Shell de afgelopen jaren reeds vrijwel geheel is verdampt. De grote aangekondigde afname van de bewezen reserves mag dan een negatieve invloed hebben op de reserves production ratio; het zijn geen reserves waar nog veel aan verdiend had kunnen worden.
En nu?
Wat wel van belang is voor de toekomstige financiële resultaten van Shell, is hoe er met de liability die Groningen nu is wordt omgegaan. Het bovenstaande impliceert dat het geen gegeven is dat Shell en ExxonMobil de gaswinning in Groningen willen continueren. Misschien wordt het voor hen wel financieel aantrekkelijker om met die gaswinning te stoppen.
Het is iets dat minister Wiebes met alle macht zal proberen te voorkomen; voorlopig kunnen we in Nederland nog niet zonder het gas uit Groningen. Het werpt een nieuw licht op het introduceren van een winningsplicht voor Groningen in het recent gepubliceerde concept van de aanpassingen van de Gaswet en Mijnbouwwet.
Shell en ExxonMobil zullen proberen de kosten van deze liability te minimaliseren. Minister Wiebes zal er naar streven dat zij aan boord blijven - wie anders moet het gas uit Groningen de komende jaren produceren?
Draait dit uit op een continuering van de huidige opzet met een nieuwe verdeling van kosten en opbrengsten? Of neemt de staat het NAM aandeel in het Groningen veld over - mogelijk met een gedeelte van het NAM personeel? Het zijn zomaar twee realistische opties geworden.
Geofysicus en olie-expert Jilles van den Beukel is een van de sprekers op de IEX Beleggersdag. Hier zal hij zijn kennis over olie, gas en gerelateerde kwesties zoals deze met u delen. Klik hier voor meer informatie over het programma en tickets.