Tadek Solarz is marketingdeskundige en schrijft op zijn eigen blog over marketing, communicatie, positionering en dingen die hem opvallen. IEX neemt zijn blogs zo nu en dan over.
Het was de week waarin de digitale dopaminedealers zich achter het oor krabden. De week waarin een handvol social media -predikanten zich razendsnel afkeerden van het eens zo bewierookte Facebook.
Ik vond het vooral vreemd om die omslag te zien, eerst verkocht je social media als de nieuwe marketingmarsroute en nu, nou ja, nu was het allemaal verkeerd. Er zo op tegen dat je je Facebook-account verwijderde en anderen aangespoord moesten worden om vooral jouw voorbeeld te volgen.
De felheid kwam een beetje op mij over als het verhaal van voormalige rokers. Mensen die gestopt zijn met roken zijn ook vaak het felst in de debatten als mensen overtuigd moeten worden van de kwalijke gevolgen van roken.
Politieke partijen
Facebook kwam de afgelopen week negatief in het nieuws omdat persoonlijke data gebruikt was op een onverwachte manier. De data werd niet ingezet, zoals voortdurend door digitale datamarketeers wordt gesuggereerd, om de klant te helpen, maar om een politieke partij aan de macht te helpen.
Iets van 200 verkiezingen zouden zijn beïnvloed met het gebruik van persoonlijke data. En dat is slechts wat er nu bekend is geworden, je mag er van uitgaan dat hetgeen dat nog niet bekend is nog een veelvoud erger is.
Natuurlijk gaat dit niet alleen over Facebook, het gaat om het hele digitale construct waar aan de voorkant verhalen, verpakt als content worden gedeeld en aan de achterkant stiekem klantdata wordt geoogst. Dit gaat over alle online platformen die leven van advertenties.
Participatiemodel
Het gaat over het gratis-participatiemodel. Een model waarin, zoals nu blijkt, de klant niets te vertellen heeft. Een voorzichtige eerste conclusie zou kunnen zijn dat mensen geen probleem hebben met het delen van privédata zolang ze daar zelf voordeel bij hebben.
Zodra diezelfde data wordt gebruikt voor iets waar je last van kan hebben is het huis al snel te klein. Iets simpeler gezegd: als je een foto deelt van jou en je hond, het type foto waar het internet mee vergeven is, dan is het prima als je een aanbieding krijgt voor een nieuw soort hondenvoer.
Vervelend wordt het als de belastingambtenaar bij je aanklopt omdat je kennelijk wel een hond hebt maar geen hondenbelasting betaalt. Die scheiding tussen voordeel en nadeel bestaat natuurlijk niet. Je hebt toestemming gegeven om je data te delen met commerciële partijen.
Logisch dat je data dan ook naar bedrijven gaat die bereid zijn om diep in de buidel te tasten voor jouw gegevens om er iets totaal anders mee te doen. Iets dat je niet zag aankomen, iets waar je minder blij van wordt.
Niet verwijderd
Ik heb mijn Facebook-account niet verwijderd en ben het ook niet van plan. Hoewel ik al jaren roep dat digitale marketing niet alleen rozengeur en maneschijn is en in die context moeite heb met de manier waarop Facebook met zijn klanten omgaat, wegen de plussen van Facebook voor mij nog steeds op tegen de minnen.
Ik heb via social media, waaronder Facebook, mensen leren kennen die ik allang uit het oog verloren was en ik heb mensen leren kennen die inzichten delen die voor mij waardevol zijn. De balans slaat voor mij echt nog steeds positief uit.
Ik heb ook geen andere mensen nodig om mij ervan te overtuigen dat er een leven bestaat buiten social media en mijn smartphone en dat er een verschil zit tussen Facebook-vrienden en vrienden die je kent vanaf groep zes.
Smartphone in kluis
Het relaas van mensen die een beter leven kregen omdat ze niet meer op social media zitten of mensen die hun smartphone in een kluis leggen en dat vervolgens delen via diezelfde sociale media is vooral belangrijk voor henzelf. Het betekent niets.
Ik hoef ook het media-opportunisme van Elon Musk niet, die met veel poeha zijn Tesla-Facebook-account delete en daarmee het werk van misschien wel tientallen social media medewerkers met een pennenstreek teniet doet omdat zijn ego en ijdelheid boven alles gaat.
Hij laat daarmee eerder zien dat hij een egocentrische, impulsieve leider is. Zoals in elke marketing-vakdiscipline krijgen de cowboys meer aandacht dan de mensen die dag in, dag uit op een integere manier met hun vak bezig zijn. Online en offline.
Settings aangepast
De Facebookstorm van afgelopen week gaat waarschijnlijk snel weer liggen. Het zou jammer zijn als we er niets mee deden. Ik keek zelf in mijn privacy- en app-settings en schrok ervan.
Dusdanig zelfs dat ik die settings meteen heb aangepast en me er meer van bewust ben geworden om er zorgvuldiger mee om te gaan. Het is klip en klaar dat iedere Facebook-gebruiker zonder dat hij of zij het wil data beschikbaar stelt voor commerciële doelen die niet transparant zijn, ongeacht de setting. Niemand is slimmer dan Facebook.
Ik vond het een gemiste kans dat op de social conference, die afgelopen week voor de elfde keer gehouden werd, niet wat dieper op deze problematiek werd ingegaan. In plaats van de boodschap dat Facebook onmisbaar is had er ook een wat meer inhoudelijk signaal afgegeven kunnen worden. Dat er iets moet veranderen, dat er wat minder zakelijk opportunisme moet zijn en wat meer visie.
Volwassen discipline
Social media wordt meer en meer een volwassen discipline. Daar hoort ook reflectie en misschien wat zelfregulering bij. In een week dat naar buiten komt dat miljoenen mensen zich bedonderd voelen en de Europese gemeenschap zich druk maakt over privacyregels rondom sociale platformen als Facebook is het misschien iets minder verstandig om te roepen dat je als adverteerder zo blij bent met adverteren op Facebook en de voordelen van retargeting.
Eerlijk gezegd hoop ik dankzij deze Facebookstorm op meer zelfreflectie van digitale ambassadeurs. Op minder geklets over traditionele marketing versus moderne online marketing. Op wat minder dode oude media versus nieuwe “dit is het helemaal en niets anders” digitale media.
We werden deze week nog maar weer eens met de neus op de feiten gedrukt dat ook digitale media een zwarte kant hebben wanneer je er niet verstandig mee omgaat.
Storm in glas water
Ik hoop dat deze Facebookstorm niet een storm in een glas water is. Ik hoop ook op iets meer regulering, dat de overheid burgers beter helpt met het beschermen van persoonlijke data, nu het zo duidelijk is dat je dat niet alleen aan commerciële partijen kan overlaten.
Zodat je data niet stiekem wordt misbruikt om politieke partijen in het zadel te helpen of via een onduidelijk achterdeurtje de fiscus met het innen van hondenbelasting.
Ik hoop dat privédata wel wordt ingezet voor positieve zaken, zoals het helpen van klanten met een betere service en het vinden van betere producten. Ik hoop ook dat digitale platformen als Google en Facebook ontdaan worden van hun digitale vooruitgangsaura en gewoon net zo kritisch door ons allemaal beoordeeld worden als elke andere multinational, zoals Shell, ING of Unilever.
Verwijderen helpt niet
Het verwijderen van je Facebook-pagina helpt daarbij weinig. Het is vooral jammer als mensen met een kritische inhoudelijke blik zich afwenden van een platform en een systeem dat de komende jaren niet valt weg te denken uit het digitale landschap.
Facebook en Google hebben vooral kritiek nodig om beter worden.
Practice what you preach, de combinatie van adviseren en zelf ondernemen is voor Tadek Solarz ideaal. De lessen die hij leert brengt hij dagelijks in de praktijk als Directeur/DGA van de Creative Marketing Group Nederland.Tadek heeft zijn eigen blogspotwebsite en schrijft vooral over marketing, communicatie en internettechnologie. De informatie in deze column is niet bedoeld als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde beleggingen.