Van het weekend was ik nog aan het stoeien met mijn hamer. De schoffel kwam er ook nog aan te pas. De lente doet de vegetatie immers floreren en dan zijn handige middelen zeer welkom. Ook derivaten zijn uiterst praktische producten, zo wil ik beweren.
Ze bieden marktpartijen een middel om prijsrisico te beheersen of kwijt te spelen.
Sommigen daarentegen, noemen derivaten massavernietigingswapens, omdat transacties in het bilaterale circuit, die zonder vorm van afwikkelingsgarantie worden gesloten, middels een sneeuwbaleffect (in geval van in gebreke blijven), de stabiliteit van de markt in het geding kunnen brengen.
Weergoden
Handel in weerderivaten doet er wellicht nog een schepje bovenop. Die zijn weliswaar minder gangbaar dan rente-, valuata of aandelenderivaten, maar tientallen procenten van ons bedrijfsleven blijkt blootgesteld aan weersomstandigheden.
- Bouwbedrijven ondervinden hinder van vorst.
- Agrariërs zien hun teelt welig tieren als de temperatuur en neerslag op het juiste niveau zijn.
- Bierbrouwers profiteren van hete zomers.
- Restaurants en andere horecagelegenheden aan de kust hebben profijt van aangenaam weer en dus hinder van het tegenovergestelde.
Al met al blijken legio partijen aan de weergoden overgeleverd. Dat betekent dat de behoefte om zich in te dekken tegen weersomstandigheden is gewenst. Dit geldt onverkort voor marktpartijen in de commoditysector.
Weerderivaten
Nutsbedrijven zien de verkoop van elektricteit en gas sterk beïnvloed door temperatuurschommelingen en de hoeveelheid daglicht. De toestroom van hernieuwbare energiebronnen invloed van de weersomstandigheden alleen maar doen toenemen.
Elektriciteitsproductie aan de hand van windturbines en zonnepanelen wordt bepaald door het weer. Reden te meer om dit eens verder onder de loep te nemen. De agrarische sector was de drijvende kracht achter de ontwikkeling van weerderivaten, rond begin jaren negentig, voornamelijk in de Verenigde Staten.
De meeste weerderivaten zijn nog steeds gericht op temperatuur, alhoewel het de laatste tijd dus steeds meer beweegt richting de aspecten zoals lichtintensiteit en wind. Dat wordt verklaard door de instroom van duurzaamheid en bijbehorende investeringen in alternatieve energiebronnen.
Meten = weten
Het meten van de weerselementen is altijd al een groot probleem geweest voor de afwikkeling van de derivaten. Althans, wellicht niet zo zeer het meten zelf, maar de plaats van het meten.
Als de omstandigheden worden opgenomen of vastgelegd op bijvoorbeeld de nationale luchthaven (lees: Schiphol), terwijl de bedrijfsvoering (en dus het risico) hun blootstelling kennen in een ander deel van het land, dan kan de daadwerkelijke invloed afwijken van de gecontracteerde bescherming daartegen.
Dit heeft tot gevolg dat de protectie allerminst waterdicht is. En dit fenomeen (basisrisico) neemt toe naarmate de afstand tussen de plaats van het meten en de plaats van risico toeneemt.
Onderliggende waarde?
Een andere uitdaging wordt gevormd door de vraag wat nu eigenlijk precies moet dienen als onderliggende waarde. Idealiter zouden eigenaren van windturbines zien dat de (daadwerkelijk) geproduceerde hoeveelheid elektriciteit als onderliggend element wordt gehanteerd.
Praktisch gezien verschilt dit echter per turbine en zeker per locatie. En als je een product wil verhandelen is het creëren van liquiditeit een voorwaarde voor slagen. Daarom moet er dus gestandaardiseerd worden.
Dergelijke producten vormen echter geen waterdichte hedge voor de specifieke karakteristieken van al die verschillende turbines of verscheidenheid aan locaties. Het is dus realistiser om de windsnelheid te nemen als onderliggende waarde.
Duitse windindex
Maar ja, welke dan precies? Op welke locatie wordt dit gemeten? En op welk tijdstip? Of gedurende welke periode? En hoe lang moet die periode dan precies duren? En op welke hoogte wordt de snelheid gemeten? Want op grondniveau is niet relevant voor turbines.
Immers de rotorbladen bevinden zich hoog boven de grond. De nieuwste trouwens op zo’n 150 meter, terwijl de oudere op circa 50 meter hun wieken laten draaien. Door de verscheidenheid is het vinden van een goede standaard dus best uitdagend.
Nasdaq ontwikkelde niet zo gek lang geleden de Renewable Index voor wind in Duitsland (NAREX-WIDE). Het biedt de mogelijkheid om hierop futures te lanceren, en zo is ook geschied. Deze instrumenten geven producenten de mogelijkheid om hun (potentiële of verwachte) productie te hedgen.
De index wordt hier gepubliceerd (zie tab renewables). Dus nu maar aan de slag; verhoog de feel good-factor. Dek u gerust in tegen een stormachtige zomer, of speculeer er lustig op los.