Het spook van deflatie waart over de mondiale economie. Vroeger was dit probleem beperkt tot Japan, maar inmiddels heeft Europa er ook behoorlijk last van. De Zuid-Europese landen ondervinden deflatie, maar het gegeven lijkt zich inmiddels uit te spreiden als een olievlek over het volledige Europese continent.
Het jongste inflatiecijfer voor de Europese Unie was amper 0,2%. Ook in de Verenigde Staten zakt het inflatiepeil steeds dieper weg. De recente inflatie bedroeg nog maar 1%, terwijl centrale bankiers en andere beleidsmakers rekenen op 2% of meer.
De westerse economieën lijken wel gevangen in een deflatoire spiraal.
Klik op de grafiek voor een grote versie
Inflatie wordt deflatie
Ook dichter bij huis hebben we er last van, als we de nieuwste cijfers mogen geloven. Terwijl in Duitsland en Frankrijk nog sprake was van heel beperkte inflatie van respectievelijk 0,4% en 0,2%, werd inflatie zelf deflatie in Nederland met -0,3%.
Enige uitzondering was België met een inflatie van 2,3%, maar hier wees nader onderzoek uit dat de belangrijkste bijdrage voor de prijsstijging kwam door nieuwe belastingen en taksen op diverse producten en diensten. Zonder deze uitzonderlijke overheidskosten, zou ook België worstelen met deflatie.
Dit is een erg opmerkelijk gegeven, want wie z’n dagelijkse kosten controleert, zal weinig deflatie vaststellen in z’n uitgavepatroon. Meer nog, we hebben het gevoel dat het leven alleen maar duurder wordt, in plaats van goedkoper.
Zand in de motor
Want laat het duidelijk zijn: deflatie wordt dan wel afgeschilderd als een vloek, maar het is feitelijk een zegen voor de consument. Want zeg nu zelf, wie wil nu niet dat het leven goedkoper wordt in plaats van duurder.
Uiteraard wordt deflatie als de boeman afgetekend omdat we in een schuldgedreven economie leven. Een dergelijke economie draait goed als er sprake is van inflatie. Door inflatie wordt de schuld kleiner, terwijl door deflatie de schuld exponentieel hoger wordt. Deflatie is dan als zand in een motor.
Helaas is er van deflatie weinig te merken in het dagelijkse bestaan. Dat het uitgavenboekje er niet lichter op wordt, komt omdat we met een relatief gelijk inkomen steeds meer spenderen aan een gemiddelde winkelkar. Maar als die winkelkar relatief duurder wordt, waarom is er dan sprake van deflatie in de prijzen?
Minder voor hetzelfde
Dat heeft voor een belangrijk deel te maken met het fenomeen krimpflatie. De artikelen die worden opgenomen voor de prijsbepaling van het mandje goederen en diensten, waarmee inflatie of deflatie wordt gemeten, blijft gelijk.
Echter, de inhoud van deze artikelen veranderde drastisch over de afgelopen jaren, waarbij we steeds minder krijgen van hetzelfde product. Een lijstje met voorbeelden van krimpflatie:
- Mars verlaagde de inhoud van z’n bekende Mars-reep van 62,5 gram naar 58 gram, maar de prijs bleef gelijk.
- Diverse theeproducenten verlaagden het aantal zakjes in een doosje in de voorbije jaren substantieel, zonder prijsverlaging.
- Magnum-ijsjes kosten nog steeds hetzelfde of meer, maar de inhoud van ervan werd verminderd.
- Coca-cola heeft nu 1,75 literflessen voor dezelfde prijs als vroeger 2 liter.
- Colgate-tandpasta: vroeger 100 gram in een tube, tegenwoordig nog maar 75 gram
- Pringles chips-verpakkingen van 165 gram naar 110 gram, geen prijsverschil
- Kit Kat-Chuncky van 48 gram naar 40 gram voor dezelfde prijs.
Zo kan ik hier nog wel even verder blijven gaan, maar het beeld is duidelijk. De prijzen bleven gelijk, maar het product werd beduidend minder. Natuurlijk is dit niet altijd goed te zien in de inflatiecijfers, maar uw gevoel zat wel degelijk goed. Door deze krimpflatie wordt het leven duurder zonder dat u het goed beseft.
Inlatieopstoot
En meestal wordt het door producenten op een geniepige manier doorgevoerd. Aanvankelijk gaat een inhoudsverlaging gepaard met een promotie (lees: prijsverlaging), om de prijs na de promotie terug te verhogen naar het oorspronkelijke niveau, maar de verlaagde inhoud blijft ongewijzigd.
Op die manier valt de krimpflatie nooit op. Dergelijke ingrepen hebben uiteraard ook hun limieten. Op een gegeven ogenblik heeft de consument er genoeg van en eist waar voor z’n geld. Dan is de producent gedwongen om een prijsverhoging door te voeren.
Ik heb een vermoeden dat we aan de vooravond van een inflatieopstoot staan, die door het terugdraaien of stopzetten van krimpflatie in een hogere versnelling kan schieten. Voeg daarbij de monetaire inspanningen van de centrale banken en de onvermijdelijke loonsverhogingen, en de lijst met inflatiegevaren neemt zienderogen toe.
Eens de inflatiegeest uit de fles, dan is er geen houden aan, leert het verleden. Ik blijf mijn vermogen positioneren en vooral barricaderen tegen een vloedgolf aan inflatie.