Eind deze maand heb ik een leuke roadshow op het programma. Ik ga een bosbouwbedrijf uit Uruguay bij institutionele investeerders introduceren. Nu is dit niet alleen een plezier om te doen, maar ook een uitdaging, want veel Nederlandse beleggers hebben een slechte ervaring met bosbouwinvesteringen.
Daarom was ik ook terughoudend toen het contact werd gelegd, maar na grondig speurwerk kan ik niet anders dan constateren dat deze investeringspropositie hout snijdt.
Nare ervaring
Houtfondsen hebben een slecht imago gekregen door problemen die zich hebben voorgedaan. Het betrof hier vaak teakhout-investeringsfondsen. De oorzaken voor het falen van deze fondsen lag in een combinatie van:
- bedrog (plantages bestonden niet)
- misallocatie van beleggingsgeld (tweederde ging op aan marketing in plaats van aankoop grond en beplanting)
- en (of) het management eigende zich onterecht geld toe
Met het voorspiegelen van onrealistisch hoge rendementen in combinatie met een groen sausje, werden beleggers over de streep getrokken. Dit was een waar drama voor deze mensen en voor de sector.
Maar niet alle bosbouwbedrijven zijn malafide en de businesscase van (goede)bosbouw is zeker niet onaantrekkelijk noch onmogelijk.
Management
Met deze verhalen in het achterhoofd, was het dus eerst zaak om te kijken naar de kwaliteit van het managementteam. In dit geval zijn het mensen uit de regio, die de juiste opleidingen hebben genoten (Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk) en de juiste ervaring (business en bosbouw) en ervaringsduur hebben (tientallen jaren).
En dit alles zonder schandaal natuurlijk.
Partners
De volgende stap was het kijken naar de zakelijke partners van dit bedrijf. Hier moet gezegd worden dat het opzetten en runnen van een eigen fund, één van de drie activiteiten is van dit bedrijf. De andere twee betreffen:
- het managen van bospercelen voor andere partijen (100.000 hectaren!)
- bosbouw-consultancy (kwaliteitscontrole, project ontwerp, cartografie, doorlichten van bosbouwbedrijven/projecten, inventarisatie en FSC-certificering)
Hierdoor heeft het bedrijf in kwestie niet alleen veel ervaring, maar ook veel te verliezen als het fout gaat. Partners waar onder andere mee gewerkt wordt zijn de twee papierreuzen uit Finland: Stora-Enso en UPM en het Amerikaanse Weyerhaeuser, een van ’s werelds grootste private bezitter van bospercelen.
Deze bedrijven gaan niet in zee met amateurs, laat staan charlatans.
Controle
Verder heeft dit bedrijf al twee aan de beurs genoteerde houtfondsen, iets waar de nodige eisen aan vast zitten. Dit betekent, onder andere, dat de (externe) controle op de activiteiten en de boeken van een hoog niveau moeten zijn.
Verder is het wederom zo dat het te kostbaar is voor het management om haar reputatie in te ruilen voor schimmige activiteiten. De bewaarder voor het nieuwe fonds is APEX een zeer goed aangeschreven internationale partij. Ook op juridisch vlak hebben ze een prijswinnende firma, Harneys.
Businessmodel
Het model van een bosbouwbedrijf is simpel: kies de juiste locatie en de juiste boomsoorten. Manage het perceel op een goede manier (snoeien om knoesten te voorkomen, risico op brand te verminderen, en cashflow te genereren, en zo verder).
In dit geval heeft het managementteam gekozen voor locaties in de meest stabiele landen van Latijns Amerika: Chili, Uruguay en Brazilië. De klimatologische condities zijn erg goed en uitermate geschikt voor de eucalyptus.
Deze boomsoort groeit relatief snel, is robuust en levert pulp en hout (alternatief voor hardhout) van een zeer goede kwaliteit. Bosbouwervaring in de drie voornoemde locaties, is ook al aanwezig in het bedrijf.
De projecties die gemaakt zijn, stroken met al gerealiseerde projecten en zijn dus reëel te noemen. De doelstelling is dan ook rendementen te behalen van boven de 7% (na alle fees en belastingen!).
Gezien 60 à 70% van de investeringen in grond betreffen, ligt er een redelijke bodem onder deze investering. Verder zijn de pijlen gericht op de pensioenfondsen en andere professionele partijen en niet op particulieren (minimum inleg 5 miljoen dollar).
Dit is in mijn ogen een extra keurmerk voor het bedrijf en haar fund.
Risico’s
Nu zijn er vele risico’s, ondernemen en beleggen is dan ook niet anders dan de juiste risico’s nemen tegen de juiste verwachte opbrengsten. Risico’s die hier onder andere spelen, zoals valutarisico, landenrisico en bosbrand, worden waar mogelijk goed opgevangen door het bedrijf.
De netto risico’s die overblijven staan in mijn mening dan ook in een gunstige verhouding tot het realistisch te verwachten rendement, iets wat niet gezegd kan worden over veel beleggingen in het eurogebied ( tien jaar vast geld uitlenen aan Italiaanse staat levert maar 2% op!).
Inkijkje
Deze onderwerpen zullen tijdens de roadshow natuurlijk allemaal aan bod komen en veel verder worden uitgediept. Met dit inkijkje in mijn keuken hoop ik in ieder geval dat de lezer een glimp van de systematiek van het beoordelen van een investering heeft meegekregen.
Het doorlichten van potentiële beleggingen brengt mij in ieder geval veel voldoening en is de hoofdreden dat ik mijn vak uitoefen.