"We" hebben het overleefd. Wat de eurosceptici hoopten en de eurofielen vreesden is niet gebeurd. De eurozone is springlevend en lijkt aan zijn tweede leven begonnen. Ik hoef niet diep te graven naar de positieve signalen.
Misschien wel het meest opmerkelijke nieuws is dat Griekenland vandaag weer de kapitaalmarkt op gaat. Na jaren van EU-steun lijkt de aanstichter van de Europese veenbrand vol zelfvertrouwen. Of dat terecht is, zal moeten blijken als de Grieken daadwerkelijk de eerste vijfjarige lening heeft geplaatst.
Het rentepercentage zal ongetwijfeld hoger liggen dan de 0,77% die de Nederlandse staat onlangs voor een dergelijke obligatie betaalde. Mogelijk zal het Griekse percentage inde buurt van de 5% à 6% uitkomen.
Vingers aflikken
Dat het goed gaat met de eurozone blijkt ook uit de renteontwikkeling in andere zuidelijke probleemstaten. Spanje en Italië betalen nu voor hun tienjarige staatsleningen iets meer dan 3%. Dat zijn percentages waar landen als Duitsland en Nederland vóór de krediet- en eurocrisis hun vingers bij aflikten.
Op het hoogtepunt, zo u wilt dieptepunt, van de eurocrisis moesten de voormalige infuuskandidaten nog een rente van rond 7,5% betalen om aan hun geld te komen. Niet alleen de kapitaalmarkten suggereren een aanzienlijke verbetering van de toestand in de eurozone.
Het IMF verhoogde recent de economische groeiverwachting tot 1,2% in 2014 en 1,5% in 2015. Voor Nederland gaat het Fonds volgend jaar uit van een groei van 1,6%, waarmee zelfs de goednieuws show van het CPB (1,25% groei) van enkele weken geleden werd overtroffen.
Limiet staatsleningen
Griekenland toont ook met de economische groei een verrassende comeback. Het land zal mogelijk een plus van 0,6% laten zien. Na het acute crisismanagement kan nu gedacht worden over het voorkómen van toekomstige problemen in de eurozone.
Centrale bankiers Jens Weidmann (Bundesbank) en onze eigen Klaas Knot discussieerden daarover in Amsterdam. Volgens Weidmann is een belangrijk probleem dat banken veel te gemakkelijk het eigen land helpen bij de financiering van tekorten.
Zij nemen ongebreideld staatsleningen van het thuisland op de balans. In vooral de zwakke landen is daardoor het risico dat de staat en bank elkaar, in een vicieuze cirkel, naar de rand van de financiële afgrond sleuren. Weidmann pleit daarom onder andere voor een limiet aan eigen staatsleningen die een bank op de balans mag nemen.
Bakken met geld
Mijn eerste kanttekening bij deze gedachte is dat het beleid van de ECB zelf het natuurlijk buitengewoon aantrekkelijk heeft gemaakt voor (Zuid-Europese) banken in de eigen staatsschuld te beleggen. Gratis geld van de ECB kon worden ingezet om staatsobligaties met een zeer hoog rendement te kopen, gegarandeerd door Draghi zelf.
Die beloofde immers de staatsleningen op te kopen als deze landen in problemen zouden komen. De Zuid-Europese banken verdienden, en verdienen nog steeds, bakken met geld aan hun posities in de staatsleningen van het thuisland.
Die fraaie geldmachine is aan de neus van de Noord-Europese banken voorbij gegaan. Sterker. Juist die veilige Duitse en Nederlandse obligaties kunnen een tijdbom zijn voor banken, en alle andere beleggers, als de rente daadwerkelijk gaat stijgen.
Het koersleed zal aanzienlijk zijn. De waarschuwing van Weidmann zou meer gericht moeten zijn op hoge posities van de noordelijke banken in de eigen staatsschuld. Mijn belangrijkste probleem met de uitspaak van Weidmann is echter van principiële aard.
Niet tijdelijk
Met zijn suggestie dat banken gemaximeerd in het eigen land moeten beleggen, en dus hun obligaties over meerdere (EU) staten moeten spreiden, geeft hij (impliciet) aan dat de mogelijkheid moet openblijven dat een euroland failliet kan gaan.
Het is net zo'n slechte gedachte als die van voormalig eurocommissaris Frits Bolkestein, die meent dat een land bij financiële problemen tijdelijk uit de zone moet kunnen stappen. Een gedachte overigens, die ook door Weidmann wordt verworpen.
Volgens mij zijn er maar twee smaken ten aanzien van de eurozone. Of je wilt onze zone met eenheidsmunt in stand houden. Dan moeten ook de consequenties worden gedragen en is een faillissement van een afzonderlijk land uitgesloten.
Politieke wijze
Ik ben van mening dat in veel gevallen de markt zijn werk moet doen, maar niet op het gebied van het wel of niet laten failleren van een euroland. Eventuele financiële problemen van individuele landen moeten onderling op politieke wijze worden opgelost.
Als dat onwenselijk is, en we willen wél dat de markt het laatste woord heeft ten aanzien van het financiële lot van een afzonderlijk land, is dat prima. Maar dan moeten we het europroject beëindigen en elk land zijn gang laten gaan met zijn eigen munt.
In dat geval is het natuurlijk wenselijk dat de balans van de banken een brede obligatiespreiding laat zien over alle, dan voormalige EU staten. Zou dit opbreekscenario de diepere wens van Weidmann zijn?