Er vinden veel veranderingen plaats op de huizenmarkt. De hypotheekrenteaftrek wordt langzaam teruggebracht, de hypotheekrente is momenteel laag en de huizenprijzen zijn behoorlijk gedaald.
Of je beter af bent met een huurwoning of met een koopwoning, hangt af van je situatie. Beide hebben namelijk hun voor- en hun nadelen. Check de volgende stappen om te bepalen wat voor jou de beste keuze is.
1. Welke optie is het goedkoopst?
Allereerst kijk je natuurlijk naar je maandlasten. Wat ben je kwijt aan een hypotheek en hoeveel betaal je aan huur?
Bij een huurwoning kun je te maken krijgen met een jaarlijkse huurverhoging, maar heb je mogelijk ook recht op huurtoeslag. Een huiseigenaar krijgt te maken met een aantal verplichte belastingen en verzekeringen en natuurlijk het groot onderhoud van de woning.
Hieronder een overzicht van mogelijke kostenposten:
Huren:
- Maandhuur; vergeet eventuele jaarlijkse huurverhogingen niet
- Gas/water/licht
- Servicekosten
- Gemeentelijke belastingen; afvalstoffenheffing, waterschapsbelasting
- Inboedelverzekering en WA-verzekering
- Huurtoeslag (baat)
Kopen:
- Rente en aflossing; houd rekening met een mogelijke rentestijging (afhankelijk van hypotheekvorm)
- Gas/water/licht
- Servicekosten/vereniging van eigenaren
- Erfpacht
- Onderhoud
- Gemeentelijke belastingen; afvalstoffenheffing, waterschapsbelasting, rioolheffing
- Onroerende zaak belasting, eigen woningforfait
- Inboedelverzekering en WA-verzekering
- Opstalverzekering
- Hypotheekrenteaftrek (baat)
2. Hoe lang blijf je op dezelfde plek wonen?
Bij je besluit om te huren of kopen speelt ook mee hoe lang je in het huis denkt te blijven wonen. Bij kopen krijg je namelijk te maken met eenmalige kosten die je vaak niet direct terugverdient.
Als je binnen vijf jaar weer wilt verhuizen, is huren wellicht een betere optie. Je kunt het huurcontract binnen bepaalde tijd opzeggen en dat maakt je een stuk flexibeler.
Als je voor langere tijd op een plek blijft zitten, kun je momenteel profiteren van de huidige lage rente en de gedaalde prijzen op de huizenmarkt.
3. Wat wil je aan de woning doen qua aanpassingen en onderhoud?
Een huiseigenaar moet zelf het groot onderhoud van de woning regelen – tenzij dit onderdeel is van de servicekosten. Bedenk of je in staat bent dit zelf uit te voeren, of dat je hier iemand voor in moet huren.
Als je van plan bent wijzigingen in de woning aan te brengen, is kopen wellicht een betere optie. In huurcontracten zijn vaak beperkingen opgenomen en je profiteert ook niet van een eventuele waardestijging.
4. Hoe sta je er financieel voor?
Wanneer sprake is van overwaarde op de huidige woning of je op een andere manier geld in te brengen hebt bij de aankoop van een nieuw huis, is kopen wellicht een betere optie. Je hypotheek wordt daardoor immers lager.
Een groot voordeel van kopen: een woningeigenaar bouwt vermogen op; van die huur zie je uiteindelijk niks terug.