Alain Dubois, topman van de Franse ETF-aanbieder Lyxor, is verbaasd - to say the least - over de recente uitspraak van de AFM over indextrackers. De toezichthouder zette onlangs de ongebruikelijke stap om de verkoop van synthetische ETF’s aan particulieren zonder tussenkomst van een adviseur sterk af te raden – en daarmee de facto te verbieden.
De ETFs van Lyxor, onderdeel van Société Générale, zijn allemaal synthetisch van aard en daar is volgens Dubois helemaal niets mis mee. “Door ze ‘synthetisch’ te noemen doe je onze producten eigenlijk te kort. Wat het in feite is, is een fysieke ETF met een swap-overlay. Maar in de volksmond heet zoiets inmiddels synthetisch. En dat woord heeft een slechte bijklank. Mensen willen liever echte wol dan synthetische wol. En liever een echte biefstuk dan een synthetische biefstuk.”
“Mensen denken dat synthetisch per definitie complex is, maar dat is niet zo. Een synthetische ETF is niet complexer dan een fysieke ETF. De derivaten die we gebruiken zijn heel simpel en begrijpelijk en al jarenlang uitstekend gereguleerd. En daarbij moet je je afvragen wat complexiteit nu eigenlijk inhoudt. De Mifid-richtlijn zegt dat je uit moet gaan van de capaciteit van beleggers om te begrijpen wat ze kopen."
"Een ETF is zo’n beetje het simpelste product wat er is! Misschien op spaardeposito’s na. Je koopt een index en die volg je. Moeten ze de achterliggende derivaten ook snappen? Nee, dat is van secundair belang, want dat brengt helemaal geen extra risico met zich mee. Er is nog nooit, voor zover ik weet in ieder geval, één belegger gedupeerd vanwege het synthetische karakter van een ETF.”
Even Lyxor bellen
De opmerking dat je bij swaps te maken hebt met tegenpartijrisco en bij fysieke ETF’s niet wordt door Dubois onmiddellijk gecounterd met een speciaal voor dat doel opgesteld schema. “De meeste fysieke ETF’s lenen stukken uit in de markt. Dus dan krijg je een structuur zoals deze. Bij een fysieke ETF koopt de beheerder de onderliggende andelen, leent een deel – de leenportefeuille (LP) – aan de bank en krijgt daar van de bank zekerheden (CP) voor.”
“Bij synthetische trackers koopt een beheerder een niet-gelijke onderliggende portefeuille (DP) en swapt het rendement van die portefeuille met de na te bootsen portefeuille. Uiteindelijk is er geen verschil in risico. Als de bank failliet gaat, valt de zekerheid – in ons geval dus de LP-portefeuille – aan ons toe. Dus we lopen helemaal geen tegenpartijrisico.”
Maar er zijn ook fysieke ETF’s die geen stukken uitlenen…
“Daar zijn er enkele van. Dat klinkt inderdaad heel begrijpelijk en simpel, maar het is meestal geen optimale structuur voor beleggers.”
De kritiek van de AFM ging er trouwens niet eens zozeer over dat synthetische ETF’s riskanter zouden zijn, maar vooral over het feit dat de informatie over de structuur en de risico’s vaak onvindbaar bleek te zijn.
“Waarom bellen ze ons dan niet? Er staat een gratis telefoonnummer op de site! Ik durf te stellen dat onze producten tot de meest transparante producten op de markt horen. Volgens UCITS moeten we twee keer per jaar onze portefeuille publiceren; wij doen het iedere dag. Ook de performance van de swaps kun je iedere dag volgen op onze website. Kennelijk doen we het niet op de manier zoals de AFM het graag ziet, ik weet het anders ook niet.”
Hoe reageerde u op de aanbeveling van de AFM?
“Ik was verbijsterd. Binnenkort komt de Europese toezichthouder ESMA met richtlijnen voor het gebruik van ETF’s. Ik heb ook meegedaan aan de consultatierondes die daarvoor zijn gehouden. We werken als industrie allemaal daaraan mee. Als je synthetische replicatie al zou willen verbieden voor particuliere beleggers, waarom laat je ESMA dat dan niet doen?”
“Het is een Europees issue. Toch zie je nog steeds overal in Europa lokale toezichthouders posities innemen over bepaalde producten. Daar is men in de vermogensbeheerindustrie best bezorgd over, want zoiets tast het level playing field aan. Duitse beleggers horen toch net zo goed beschermd te worden als Nederlandse beleggers? Het risico is dat we weer teruggaan naar de tijd dat je in ieder land met de lokale toezichthouders om de tafel moest. Terwijl die gezamenlijke Europese markt nu juist zulke enorme voordelen biedt.”
Wat verwacht u van die ESMA-richtlijnen?
“ESMA kijkt naar alle onderdelen van het risico dat beleggers lopen. Het is geen kwestie van touwtrekken tussen synthetisch en fysiek. Zij zullen met richtlijnen komen over wat er in een prospectus moet komen te staan en in de Essentiële Beleggersinformatie. Als dat beter moet dan nu, prima, dan zullen we dat doen.”
En hoopt u stiekem misschien ook dat die ESMA-richtlijnen de AFM wat milder zullen stemmen?
“Ik hoop in ieder geval dat de ESMA-richtlijnen meer duidelijkheid scheppen in de markt voor ETF’s. Wij zullen ze sterk ondersteunen. En ik hoop dat ze ook in Nederland zullen helpen om deze discussie wat van toon te laten veranderen.”