De Zwitserse frank maakte afgelopen week een onverwachte vrije val. Een opvallende ontwikkeling, die Goldman Sachs Asset Management-voorzitter Jim O’Neill flink aan het denken zet. Voor het eerst in twee jaar dook de munt onder het 200-daags gemiddelde ten opzichte van de euro, nadat de Zwitsers de munt in augustus juist aan de euro koppelden om verdere stijging tegen te gaan.
‘Swissy never lies’, oftewel de overtuiging dat de Zwitserse munteenheid alle ups en downs in de wereldeconomie weerspiegelt. O’Neill is een uitgesproken trouw volgeling deze gedachtengang, die kortweg betoogt dat de Zwitserse frank het goed doet als de rest van de wereldeconomie een rommeltje is, en andersom. Een maand geleden betoogde de Goldman voorman in zijn viewpoints nog dat ‘juist de zwakte van de Amerikaanse economie maakt dat de frank zo sterk staat’.
Hoe kan het dan dat in tijden van de huidige Amerikaanse perikelen, de frank uit zichzelf een vrije val maakt? O’Neill mijmert derhalve in zijn wekelijkse viewpoint column over debetekenis die hij aan de tuimeling moet koppelen. “Betekent dit dat het met de VS wellicht niet zo slecht gaat en het land dus niet op een recessie afstevent? Is de daling een symptoom van grotere dingen die de wereldeconomie nog te wachten staan? Impliceert het dat Europese politici eindelijk een vloer onder de euro gaan leggen?
Of was het slechts een eenmalige inzinking en zal de frank snel weer terugvallen in z’n krachtige groeicurve?” De vrije val was incidenteel, zo leek men te kunnen opmaken uit het feit dat de munt vrij snel na de tuimeling meteen weer boven de 200-grens kroop. Zwitsers zijn zeker geen leugenaars, luidt O’Neills belangrijkste conclusie. Volgens hem heeft het er alle schijn van, ondanks de gebeurtenissen van vorige week, dat de Zwitserse Centrale Bank er met hun ingrijpen in augustus k voldoende in geslaagd is de stijging van de frank tegen te gaan, en de munt op het juiste pad te houden. Waarmee Zwitserland zichzelf de nodige ellende bespaard heeft, aldus O’Neill.