Warren Buffett , Mark
Mobius , Bill Miller
en Rolf Stout
zijn bekende namen voor beleggers, maar in het huidige beursklimaat hebben ze
het net zo moeilijk als Piet Particulier.
In de Benelux zijn er gelukkig nog fondsmanagers te vinden die er een paar
goede jaren op hebben zitten en ook in het huidige beursklimaat met ogenschijnlijk
gemak overeind blijven.
De fondsen van beursgoeroe's zoals Buffett, Mobius, Miller en Stout staan 20%
tot 35% lager dan eind 2007. Dat is een groot contrast
met wat Steven Gardyn en Peter Winkelman samen met Jean-Michel Poot laten zien.
Wie? Deze fondsmanagers uit de Benelux zijn nog onbekend, maar de vraag is
hoelang dat nog duurt gezien hun indrukwekkende rendementen.
Wijzen van het Oosten
Het slechte beursklimaat heeft flink huisgehouden onder beleggingsfondsen, die hun belegd vermogen met een
vijfde zagen afnemen. Maar MEI-Real Estate en het KBC Bonds Central Europe Fund (ISIN: LU0145228085)
merken daar weinig van. Oost-Europa is in beide gevallen het sleutelwoord.
Fondsmanager Steven Gardyn is relatief onervaren. Die opmerking is niet voor
mijn rekening, maar voor onderzoeksbureau S&P dat dit in een recente fondsupdate
schrijft. Hij staat samen met Karel de Cuyper aan het roer van het KBC Bonds
Central Europe Fund, dat in 2007 6,5% op de benchmark
voorbleef. Dit jaar is dat al 8,8% .
Het verschil wordt gemaakt door in te zetten op een stijging van Oost-Europese
munten t.o.v. de euro. Momenteel zet het fonds heel sterk in op Polen, dat ruim
een derde van de portefeuille vormt. Deze strategie is niet zonder
risico, maar de managers laten al jarenlang zien dat ze de Oost-Europese rente- en valutamarkt goed aanvoelen.
Rendement sinds eind 2007: 8,82%
Rendement laatste 3 jaar: 8,14% gemiddeld
Rendement laatste 5 jaar: 9,64% gemiddeld
We want MERE
Dichter bij huis belegt MEI-Real Estate (MERE) niet in obligaties,
maar in vastgoed. In een eerder interview
gaf fondsmanager Winkelman al aan dat het te makkelijk is om heel Oost-Europa
over een kam te scheren, aangezien de vastgoedmarkt in Tsjechië al volwassen
is en tien jaar voorloopt op bijvoorbeeld Slowakije, Bulgarije of Roemenië.
MERE laat de grote prestigeprojecten links liggen en richt
zich op de zogenaamde B- en C-locaties. Hiermee wordt ingespeeld op de snelle
groei van het midden- en kleinbedrijf waarvoor de toplocaties te duur zijn.
Een extra voordeel is dat MERE hierdoor ook uit het vaarwater blijft van grote
partijen die de laatste jaren miljarden hebben gepompt in Oost-Europees vastgoed.
Onroerend goed heeft als voordeel dat het rendement zich, in tegenstelling
tot aandelen, vaak goed laat voorspellen. De managers streven naar een rendement
van 10% à 11%
en de laatste jaren wordt dat ruimschoots gehaald. Het knappe is dat dit percentage
sinds oprichting elk jaar is toegenomen en 2008 lijkt hierop geen uitzondering
te worden.
Tijdsperiode grafiek:
Jaar
Maand
Week
Vandaag
Rendement sinds eind 2007: 11,82%
Rendement laatste 3 jaar: 12,02% gemiddeld
Michiel Pekelharing
is financieel journalist en redacteur bij IEX.nl. Pekelharing kan meerdere posities
innemen op de financiële markten. De informatie in deze column is niet bedoeld
als professioneel beleggingsadvies of als aanbeveling tot het doen van bepaalde
beleggingen. Uw reactie is welkom op michiel@iex.nl