Afgelopen maanden ging de olieprijs flink op en neer. In september steeg de prijs voor een vat Brent olie nog tot 85 dollar; een prijs die we sinds 2014 niet meer hadden gezien. In oktober en november daalde Brent tot onder de 60 dollar.
OPEC (of eigenlijk de combi Saoedi-Arabië en Rusland) moet alle zeilen bijzetten om adequaat te reageren op de snelle veranderingen van de situatie. Daarbij werden ze door president Trump lelijk beentje gelicht.
Eerst verhoogden ze hun productie om te voorkomen dat de door president Trump aangekondigde sancties tegen Iran tot tekorten en te hoge olieprijzen zouden gaan leiden. Afgelopen vrijdag werd op de OPEC vergadering in Wenen besloten de productie weer te gaan verlagen met 1,2 miljoen vaten per dag.
Dat president Trump recent ontheffingen afkondigde die de verminderingen van de olie export uit Iran voorlopig weer voor een groot deel ongedaan maakten speelde daarbij een grote rol.
Bij deze recente variaties in de olieprijs zijn er drie hoofdrolspelers: Trump, Mohammed bin Salman (alom bekend als “MBS”) en Putin. Als zij iets gemeen hebben is het wel hun gebrek aan scrupules. Hoe staan zij in dit spel?
Trump: Kolen boven olie
Trumps hart ligt eerder bij kolen dan bij olie of gas. Kolenarbeiders staan voor de kern van zijn electoraat: hard werkende mensen met een lage opleiding die zich bedreigd voelen door recente economische ontwikkelingen en globalisering. Het zijn mensen die denken – niet geheel zonder reden – dat zij weinig te verwachten hebben van de elite aan de oostkust en in Californië.
Als men Trump hoort over olie gebruikt hij veelal de term energy dominance. Weinig dingen doen het in de VS zo goed als te weten dat men voor olie niet afhankelijk is van het buitenland – en al helemaal niet van landen in het Midden Oosten. En ook al kan men zich afvragen in hoeverre de recente groei van schalieolie geleid heeft tot energy independence (laat staan dominance), feit is dat de VS nu snel het punt naderen waarop zij een netto exporteur van olie worden.
Menigeen sloeg de tweets van president Trump waarin hij bleef pushen voor lagere olieprijzen (ook bij een ondertussen sterk gedaalde prijs) met enige verbijstering gade. Prijzen lager dan de huidige zijn helemaal geen goed nieuws meer voor de economie van de VS (in tegenstelling tot Europa met zijn grote afhankelijkheid van geïmporteerde olie). De achtergrond voor deze tweets was dan ook geen economische maar een electorale: kiezers hechten grote waarde aan lage benzineprijzen.
Trumps regering is chaotisch en haar besluiten zijn moeilijk te voorspellen. Trumps tweets geven een beeld van een onzekere en rancuneuze man die er waarde aan hecht om gezien te worden als een sterke leider. Zijn rol als architect van de recente val van de olieprijzen doet hem goed.
MBS: Impulsief en gericht op korte termijn
Net als Trump is MBS, de kroonprins van Saoedi-Arabië, relatief nieuw op het wereldtoneel. In 2015 werd zijn vader koning van dit autocratische land. Zijn vader, reeds in de tachtig, zal de laatste koning zijn van de oude generatie. Na wat verschuivingen benoemde hij in 2017 zijn favoriete zoon, MBS, tot kroonprins. Op dat moment runde MBS al het land; defensie, economie én oliepolitiek.
De Duitse inlichtingendienst beschreef MBS als een politieke gokker waarmee Saoedi-Arabië niet langer een stabiele factor in het Midden Oosten is. Zijn impulsieve en ondoordachte initiatieven leveren steeds meer probleemdossiers op.
Een militaire interventie in Jemen die de rivaliteit met Iran op de spits drijft weet hij maar niet tot een goed einde te brengen. Na het gevangen zetten en martelen van een aantal familieleden en zakenmensen wordt hij gevreesd maar kan hij weinig mensen meer vertrouwen. De recente moord op de journalist Jamal Khashoggi waar hij, zoveel is wel duidelijk, persoonlijk opdracht toe gaf heeft hem chantabel gemaakt.
Wat betreft de olieprijs legt MBS de nadruk op een hogere prijs voor de korte termijn. Bij een prijs onder de 80 dollar per vat lopen de financiële reserves terug. Er is geld nodig om een snel groeiende bevolking tevreden te houden; zeker zolang MBS zijn doel, koning te worden, nog niet bereikt heeft. Dit alles verzwakt de positie van zijn minister van oliezaken, Khalid al-Falih, bij de onderhandelingen binnen OPEC en met Rusland over de verdeling van productieverminderingen.
Putin: Macht laten groeien
Vladimir Putin is al veel langer aan de macht. Zijn doel is dat Rusland weer een wereldmacht wordt – olie en gas zijn daarbij een middel. Hij beschikt, in tegenstelling tot Trump en MBS, over een gedegen kennis van de olie- en gasindustrie. Hij schreef er ooit zijn proefschrift over en, ook al schreef hij soms wat over uit een ander boek, hij weet waar hij het over heeft.
Rusland is veel beter dan Saoedi-Arabië bestand tegen een periode van lage olieprijzen. Putin realiseert zich ook dat je niet tegen de fundamentals op de oliemarkten in moet gaan. Eigenlijk vindt hij productiebeperkingen maar niets; hooguit van nut bij een crisis en een tijdelijke uitval van de vraag.
Putin hecht echter waarde aan Ruslands groeiende machtspositie in het Midden-Oosten. Daarom gaat hij mee met de Saoedi's; maar alleen na hard onderhandeld te hebben en ervoor gezorgd te hebben dat Saoedi-Arabië het grootste deel van de last van de productiebeperkingen op de schouders neemt.
Gevolgen voor de olieprijs
Bij alle commotie verliezen we makkelijk uit het oog dat er voor de fundamentals, de lange termijn ontwikkelingen in vraag en aanbod, weinig veranderde. Vraag en aanbod liggen op dit moment niet ver uit elkaar en de voorraden bevinden zich op een gemiddeld niveau.
De olievraag blijft, zolang Brent onder de 80 dollar per vat blijft, goed doorgroeien. De investeringen in conventionele olie blijven relatief laag. VS schalieolie blijft vooralsnog hard doorgroeien en vangt het grootste gedeelte van de toenemende vraag op.
Voor 2019 verwacht ik dan ook een zijwaartse beweging en vergelijkbare olieprijzen als in 2018; rond de 60 tot 80 dollar per vat (Brent). Boven de 80 dollar dreigt de vraag te verminderen en om dat te voorkomen schroeven Saoedi-Arabië en Rusland de productie dan op. Een niveau beneden de 60 dollar leidt binnen korte tijd tot een minder snelle groei van VS schalieolie en is het niveau waarbij Saoedi-Arabië en Rusland hun productie geneigd zijn terug te brengen.
Onzekerheid duurt voort
De toegenomen onzekerheid en volatiliteit van de olieprijs zal voortduren (met zowel opwaartse als neerwaartse risico’s). Aan de aanbodkant is de reservecapaciteit nu relatief klein. President Trump kan met het wel of niet verlenen van ontheffingen voor de Iran sancties een relatief grote invloed uitoefenen. De strijd om de macht binnen Saoedi-Arabië en de rivaliteit tussen Saoedi-Arabië en Iran kunnen uit de hand lopen.

Bij de huidige prijs komt het grootste neerwaartse risico voor de olieprijs en olieaandelen niet uit de oliewereld zelf maar uit de wereld daarbuiten. Hoeveel fut zit er nog in de bull market van de laatste 10 jaar?
Een economische crisis, al of niet getriggerd door een VS – China handelsoorlog, kan alles op zijn kop zetten. Investeerders staan voor de vraag of de bear market nu begonnen is of dat de recente koersdalingen nog een laat instappunt kunnen zijn om nog wat winst te pakken. Het antwoord op die vraag kan een olieman u niet geven.