Vorige week schreef ik over Ahold-Delhaize (Ahold) en de mogelijkheid met een Capped Bonus Certificaat in te spelen op de nieuwe situatie waarin het bedrijf zich bevindt.
Door een winstwaarschuwing van concurrent Kroger, maar vooral vanwege een mogelijk disruptieve actie van Amazon (overname Whole Foods), kreeg de Nederlands-Belgische super een flinke koerstik.
Beleggers die vinden dat Ahold voldoende gestraft is, maar ook niet veel toekomstig koersherstel zien, kunnen met een Bonus Certificaat ruim 20% rendement (13% op jaarbasis) behalen.
Reacties
Mijn column lokte een aantal reacties uit. De eerste was dat dergelijke producten onaantrekkelijk zijn omdat je een laag rendement krijgt tegen een hoog risico. Als belegger wil je juist een zo hoog mogelijk rendement tegen een zo laag mogelijk risico.
Met dat laatste ben ik het (natuurlijk) eens, maar de vraag is: wat is een laag rendement en wat is een hoog risico? In het geval van het certificaat gaat het om het risico en rendement ten opzichte van een directe belegging in het aandeel Ahold.
Een berekening
Toen ik mijn column schreef stond het aandeel Ahold op 16,50 euro en het certificaat een dubbeltje hoger op 16,60 euro. Het risico van het certificaat is dat op enig moment voor de einddatum (december 2018) het aandeel Ahold lager dan 14 euro noteert.
Dan vervalt de bonusaflossing op 20 euro, en wordt de terugbetaling gelijk aan de koers van Ahold op de einddatum. Bij een koers van bijvoorbeeld 12 euro is het verlies 27,7%. De directe belegger in het aandeel Ahold zou dan een verlies van 27,3% hebben geleden.
Daarnaast wordt op de aandelen (mogelijk) dividend ontvangen van circa 3,6%. De certificaten zouden onder deze ongunstige omstandigheden circa 4% meer verlies met zich meebrengen dan een directe investering. Meer risico dus.
Daar staat tegenover dat als de koers van het aandeel Ahold daalt tot bijvoorbeeld 15 euro (zonder tussentijds de 14 euro te raken), het verlies van een directe investering circa 5% (inclusief dividend) bedraagt, terwijl het certificaat dan 20% rendement oplevert. Is het certificaat per saldo meer risicovol dan het aandeel? Ik denk dat je dat niet zo kan zeggen.
Niet in een paar woorden te vangen
Het is duidelijk, onder ongunstige omstandigheden kan het certificaat tegen een groter verlies (maximaal 4%) oplopen. Hoewel het dividend natuurlijk niet gegarandeerd is, zeker als Ahold inderdaad een koersval naar 12 of lager zou maken.
Daar moet ik dan weer aan toevoegen dat de houder van het certificaat een extra risico met betrekking tot de debiteur heeft. Komt de uitgevende bank Citi in financiële problemen, dan kan een deel of de gehele waarde van het certificaat verloren gaan.
De hoogte van risico en rendement van certificaat ten opzichte van het aandeel is niet in een paar woorden te vangen. De belegger moet voor zichzelf uitmaken of het maximaal 4% extra verlies en het debiteurenrisico opwegen tegen 20% rendement, ook in situaties dat het aandeel Ahold gematigd of negatief presteert.
Geen belang
Een tweede opmerking ging over de positie van de uitgevende bank (in dit geval Citi). De bank zou er belang bij hebben dat het aandeel Ahold de koers van 14 euro neerwaarts doorbreekt.
Onjuist. De banken die deze producten uitgeven hebben geen belang bij welke koers dan ook. Het product is dichtgetimmerd met opties en het achterliggende verdienmodel voor de bank is een (ingebouwde) provisie in het product zelf. De provisie bedraagt circa 1,2% op jaarbasis.
Dat vind ik overigens op zichzelf vrij hoog, maar desalniettemin resteert er een interessante risico-rendement verhouding voor het product. Het mooist zou het zijn om de constructie zelf te bouwen, maar de daarvoor benodigde opties (voorwaardelijk knock-in en knock-out opties) zijn niet op de beurs beschikbaar.
Pech?
Door een aantal lezers worden scenario’s geschetst waarbij de belegger in het certificaat pech heeft, bijvoorbeeld indien Ahold eind 2018 laag staat en er begin 2019 een bod op het supermarktconcern wordt gedaan. Om die reden zou het certificaat niet aantrekkelijk zijn.
Natuurlijk zijn er voor elke beleggingspositie scenario’s te bedenken waarbij het net fout (of goed) gaat. Het is ook mogelijk dat Ahold eind 2018 14,05 euro noteert en de Capped Bonus belegger en prachtrendement behaalt ten opzichte van de Ahold belegger. Dat zijn op zich geen argumenten voor of tegen het certificaat.
Bovendien, als het aandeel eind 2018 flink lager staat, heeft de certificaatbelegger natuurlijk verlies. Maar hij kan, nadat het certificaat is afgelost, vervolgens alsnog de aandelen Ahold tegen die lage koers kopen.
Of nieuwe certificaten aanschaffen met een lagere beschermingsgrens. Het mooie van gestructureerde producten is in ieder geval dat je als belegger precies de risico-rendement verhouding kan kiezen die bij je risicoprofiel en visie past.
Disruptieve acties
Wat dit laatste betreft, als uw visie is dat Ahold nog veel meer last gaat krijgen van disruptieve acties, zoals een lezer aangaf, dan is dit certificaat uiteraard niet geschikt. De koers zou dan veel lager kunnen dan de grens van 14.
Mijn suggestie voor de genoemde CBC is dan ook niet gebaseerd mijn verwachting dat Ahold nooit onder de 14 euro zakt. Ik ben geen aandelenanalist en geef geen advies over de richting van de koers van het aandeel Ahold. Het gaat er om dat als je als belegger een gematigde verwachting rond Ahold hebt, het certificaat nuttig kan zijn.
Voor somberder verwachtingen rond Ahold, zijn weer andere posities mogelijk. Daarover een volgende keer.