Steeds meer beleggingshuizen kiezen ervoor niet langer in goudgerande Europese staatsgaranties te investeren. De belangrijkste reden is natuurlijk dat de rentevergoeding te laag is.
Wat heeft het voor zin om voor tien jaar geld uit te lenen aan de Nederlandse staat als daar een rentevergoeding van een schamele 0,04% tegenover staat? Obligaties met kortere looptijden betalen helemaal geen rente meer uit. Daarvoor moeten beleggers betalen. Wat te doen?
Beleggers kiezen meer voor het aanhouden van cash. Dat levert weinig op, maar is veiliger dan de kredietwaardigste Europese staatsobligaties. Want mochten de rentes weer gaan stijgen en dat gaat toch echt een keer gebeuren, dan gaan de obligatiekoersen onderuit, met alle verliezen van dien.
Nadeel van cash is dat het niets oplevert. Het is niet de manier om een vermogen op te bouwen. Dat verklaart waarom obligatiebeleggers steeds risicovoller beleggen om rente-inkomsten binnen te halen.
Alternatief high yield
NN IP, de beleggingstak van Nationale Nederlanden, brak vorige week een lans voor Europese high yield, de meeste risicovolle Europese obligaties. Over het eerste half jaar behaalde deze beleggingscategorie, ook wel junk bonds of gewoon junk genoemd, een rendement van 4%.
NN IP verwacht dat Europese high yield ook de komende tijd zal floreren. Omdat de macro-economische omgeving, de zogenoemde kredietfundamentals en het technische plaatje steun bieden. De gemiddelde rente van een Europese high yield-obligatie bedraagt 4,1% en dat steekt gunstig af tegen de andere meer kredietwaardige Europese obligatiecategorieën.
"Zonder tekenen van een substantiële kredietverslechtering en met een behoorlijk macroklimaat en relatief redelijke waarderingen blijven we positief over high yield als beleggingscategorie.”
Rendement van 4,5%
Extra gunstig voor Europese high yield is het kwantitatieve versoepelingsprogramma van de ECB. Nu de ECB ook bedrijfsobligaties koopt neemt ook de rente van kredietwaardige bedrijfsobligaties af.
Het gebrek aan rente op staatsleningen en de lage rentes op zeer solide bedrijfsleningen dwingen beleggers volgens NN IP in de richting van een lagere kredietkwaliteit om hogere totaalrendementen te realiseren.
Behoudens onvoorziene externe gebeurtenissen is NN IP van mening dat beleggers kunnen uitgaan van een rendement van ongeveer 4,5% voor de beleggingscategorie in de komende twaalf maanden.
Fondsvergelijking
Twee beleggingsfondsen die al jaren succesvol in Europees high yeld beleggen zijn:
Beide fondsen hebben prima rendementen geboekt. Het fonds van Robeco deed het iets beter dan dat van Threadneedle.
Rendement 10 jaar (gemiddeld per jaar)
- Robeco European High Yield: 7,02%
- Threadneedle European High Yield: 6,81%
Rendement 5 jaar (gemiddeld per jaar)
- Robeco European High Yield: 9,08%
- Threadneedle European High Yield: 8,49%
Rendement 1 jaar
- Robeco European High Yield: 7,90%
- Threadneedle European High Yield: 5,16
Voor de outperformance van het Robecofonds heeft verantwoordelijk portfoliomanager Roeland Moraal wel wat extra risico genomen. Het fonds beweegt iets harder dan dat van Threadneedle. Het Robecofonds heeft minder posities in de portefeuille waardoor elke default iets harder aankomt.
Risico (standaarddeviatie)
- Robeco European High Yield: 4,63
- Threadneedle European High Yield: 4,00
Aantal posities in portefeuille
- Robeco European High Yield: 179
- Threadneedle European High Yield: 229
In kosten ontlopen de fondsen elkaar niet. Beide zijn niet duur. Wie graag dividend krijgt uitgekeerd, heeft met het fonds van Threadneedle een goede. Robeco voegt de rente-inkomsten toe aan het fondsvermogen, waardoor de koers oploopt.
Kosten
- Robeco European High Yield: 0,68%
- Threadneedle European High Yield: 0,73%
Dividend
- Robeco European High Yield: 3,98%
- Threadneedle European High Yield: geen
Conclusies
De prestaties van de twee high yield-fondsen ontlopen elkaar amper. Het Robecofonds heeft iets beter gerendeerd. Dat van Threadneedle is iets minder risicovol, iets beter gespreid en keert dividend uit.
Peildatum: 19 augustus 2016.