Het IMF heeft in zijn meest recente Global Financial Stability Report gewaarschuwd voor het gevaar van afgenomen liquiditeit in de markt. Klinkt allemaal technisch en droog, maar voor de belegger is liquiditeit van levensbelang.
Wat is het probleem, wat wil het IMF er aan doen en zal het helpen? Liquiditeit wordt gedefinieerd als hoe snel een belegger en tegen welke kosten een positie kan op- of afbouwen. Simpel gezegd, tweehonderd aandelen Boskalis kan een belegger moeiteloos en snel verkopen tegen de huidig geldende prijs.
Maar wil de belegger in één keer twee miljoen aandelen Boskalis verkopen, dan zal dat de prijs en snelheid van de order negatief beïnvloeden, omdat de liquiditeit in Boskalis niet zo groot is. Dit voorbeeld is op fondsniveau, maar het kan ook op indexniveau of per beleggingscategorie bekeken worden.
Minder liquiditeit
Het IMF stelt dat door regulering, banken minder actief zijn als tussenhandelaar (marketmaking, prop-trading) waardoor de liquiditeit in veel markten is afgenomen. Verder hebben aangescherpte regels omtrent opties in de EU, de liquiditeit in de onderliggende waarden verminderd.
Een ander punt is dat in de obligatiemarkt er erg veel kleine plaatsingen zijn geweest(obligatieleningen van een Macintosh zullen kleiner zijn dan die van Unilever). Dit komt mede doordat de banken na de kredietcrisis erg moeilijk deden over bedrijfskredieten.
Hierdoor hebben veel bedrijven hun toevlucht gezocht tot de obligatiemarkten. Zelf schulden uitgeven in plaats van aantrekken bankkrediet. Echter, dat de obligatiemarkt ineens een aantrekkelijk alternatief is geworden voor bedrijven heeft alles te maken met het monetaire beleid.
Op zoek naar rendement
Door quantitative easing zijn de rentes op 'veilige' obligaties enorm gedaald. Beleggers zijn hierdoor op zoek naar hogere rentes, dus werd de nadruk steeds meer op meer risicovolle bedrijfsobligaties gelegd. Door QE is de obligatiemarktstructuur dus gewijzigd (minder liquide).
Dit effect van QE gaat verder. In eerste instantie zou het in de markt pompen van geld (QE) moeten leiden tot een grotere liquiditeit in de markt, toch? Nee dus. QE veroorzaakt een liquiditeitsparadox. Het in de markt pompen van geld zorgt ervoor dat dit geld op zoek gaat naar een bestemming waar wat op verdiend kan worden (rente, dividend, koerswinst).
Het aantal bestemmingen is echter niet zo hard toegenomen als het geld wat in de markt is gepompt. Hierdoor is veel geld dus in dezelfde posities terechtgekomen. Dit noemen ze in vaktermen en crowded trade.
Gat tussen vraag en aanbod
En nu komt de schijnbare tegenstelling; omdat iedereen belegd is in dezelfde namen is er geen markt meer. Immers, waar moeten de nieuwe kopers vandaan komen? Mocht een deel van de beleggers haar positie willen verkopen, dan ontstaat er dus al snel een groot gat tussen vraag en aanbod, waardoor prijzen zeer snel en met grote sprongen (gaps) kunnen veranderen.
De liquiditeit die er is, droogt dan zeer plotseling op. Het IMF-rapport haalt dit punt aan, maar de link naar QE wordt niet gelegd. Sterker nog, QE wordt als een positieve invloed op liquiditeit genoemd in het rapport! Ik kan mij echter niet aan de indruk ontrekken dat het IMF donders goed op de hoogte is van de liquiditeitsparadox.
Nog meer QE
Het feit dat het IMF de VS adviseren om nog te wachten met een renteverhoging en tegelijkertijd meer monetaire verruiming in de eurozone en Japan aanraden, onderschrijft mijn vermoeden. Als iedereen en zijn moeder al in dezelfde beleggingen zitten, dan is er maar één manier om de beurzen niet te laten klappen: meer QE.
Nog meer geld in de markt pompen, betekent een grotere vraagzijde, waardoor eventuele verkopers worden overstemd (stijgende koersen dus). Maar wat als de nieuwe QE-programma’s hun weg hebben gevonden naar de verschillende markten?
Dan hebben wij hetzelfde probleem, alleen nog groter. Dan moet er wederom een QE-salvo komen dat nog groter is dan de vorige. Tot dat weer geïnvesteerd is, en hetzelfde probleem, maar dan nog veel groter, zich voordoet.
Piramidespel
De financiële wereld zit dus gevangen in een piramidespel. Op een gegeven moment werkt een nieuwe QE-salvo niet meer. De centrale banken en overheden zullen dan weer wat nieuws verzinnen (geld uit helikopters strooien), maar ook dit biedt geen structurele oplossing van de onderliggende problemen: teveel schulden.
Het idee is dat QE tot inflatie gaat leiden zodat de draagbaarheid van de schulden toenemen (immers inkomen gaat door inflatie omhoog, maar schuldenbedrag blijft gelijk). Probleem is echter dat het huidige monetaire beleid wel heel erg flirt met de totale vernietiging van ons fiat geldsysteem.
In die situatie krijgen we geen inflatie, maar hyperinflatie. Het medicijn is dan erger dan de kwaal. De huidige weg leidt wel tot uitstel, maar ook tot een veel hogere eindafrekening. Het is dus tijd dat de centrale banken hun beleid normaliseren, dat de slechte schulden worden afgeschreven en dat wij met zijn allen de pijn nemen, zodat er eindelijk een nieuw begin kan plaatsvinden.