(...) Maar bij Heineken voelt dat toch anders. Heineken smaakt beter in Nederlandse handen. Merkwaardig is dat. Of eigenlijk niet. Want het merk is onlosmakelijk verbonden met Freddy Heineken, de man die het bedrijf weer onder familie-bewind bracht en die met zijn bluf, originaliteit en vooral zakelijk inzicht een bierimperium bouwde.
Dat verhaal verdient een mooier vervolg dan een overname door SABMiller en een toekomst als premium brand van een buitenlandse multinational. In principe ben ik tegen beschermingsconstructies en voor vrij verkeer van kapitaal, maar voor Freddy Heineken — en oké, ook voor zijn erfgenamen - maak ik graag een uitzondering. (...)
Aardige FD-column van Mathijs Bouman, die blij is dat Heineken niet wordt overgenomen. Tegelijkertijd wijst hij er op dat we al jarenlang onze bedrijven verkopen en dat daar niks mis mee is. Mee eens en wat mij betreft geldt dat echter net zo hard voor Heineken.
Helaas kom ik er niet achter wat SABMiller nou voor Heineken bood, maar ik ga er vanuit dat het een knock-out bod was. Ofwel, het wanhopige SABMiller heeft zeker en vast de hoofdprijs geboden, te meer daar ze dondersgoed weet dat De Familie haar erfgoed koestert.
Zeg het maar: 70, 75 of misschien wel 80 euro per aandeel...?
Behalve een idioot hoge overnamesom had de familie misschien nog iets kunnen bedingen: dat SABMiller haar naam in Heineken had veranderd bij overname. Veel mooiere én bekendere naam! Daar was de chef marketing van de Zuid-Afrikaans-Amerikaanse brouwer vast blij mee geweest.
Dat was drie vliegen in één klap geweest: het bedrijf voor een recordbedrag verkopen én dan ook nog de naam behouden. Ja drie, want om in Mathijs modus te blijven: wijlen Freddy Heineken had zich dan op zijn dijen geslagen van de pret voor weer een fraai hoofdstuk in de Heineken historie.