Zoals de meeste onder jullie inmiddels wel weten, ben ik al tijden (jaren) fundamenteel positief voor de aandelenmarkten. Dit blijft tot op de dag van vandaag geen populaire boodschap. Immers, de beurscrash van 2008-2009 staat nog altijd helder op het netvlies gegrift.
De psychologische schade blijkt echter nog veel groter dan verwacht. De angst om opnieuw een dergelijk verlies te incasseren bezorgt vele beleggers nog steeds koude rillingen. En laat dat net een belangrijke drijfveer – zo niet dé belangrijkste drijfveer – zijn van de aanhoudende beursrally.
Er komt pas een einde aan deze rally als iedereen op de stier zit. Ik kan me niet van de indruk ontdoen dat vandaag, vijf jaar na de financiële ramp, veel beleggers nog steeds het koerspektakel vanaf de zijlijn volgen.
Nog geen euforie
Natuurlijk voel ik ook wel aan dat de uitsproken afkeer (van enkele jaren terug) weggeëbd is, maar van een complete instemming of zelfs euforie is nog lang geen sprake. Toch zijn er ook nog andere belangrijke elementen die wijzen op hogere beurskoersen.
Zo is er de constante waakzaamheid van de monetaire autoriteiten. Centrale bankiers zitten tegenwoordig op het puntje van hun stoel als de volatiliteit toeneemt, wat betekent dat de markten onder druk staan. Dalingen van 10% of meer doen de alarmbellen rinkelen.
Ik denk dan ook dat de Fed drastisch zal ingrijpen als bijvoorbeeld de S&P 500 een correctie van 15% zou incasseren. Wellicht is dan iedere reden goed om de monetaire accommodatie enkele trapjes hoger te schakelen.
Bescheiden inflatie
Nu verwacht ik sowieso dat de Fed in de toekomst haar QE-programma eerder zal optrekken dan afzwakken. Hoewel de procentuele werkloosheid daalt, is dit vooral door toedoen van het wegvallen van personen uit het arbeidscircuit, dan door een structurele verbetering van het arbeidsklimaat in de Verenigde Staten. Maar hierover later meer in een volgende column.
Een derde en laatste drijfveer is inflatie. Aandelen presteren optimaal in een omgeving van een bescheiden inflatie. Of anders gezegd, bij 1 tot 5% inflatie kunnen de beurskoersen blijven klimmen. Hieronder of hierboven wordt het lastig voor aandelen om te blijven stijgen.
Deflatie is slecht voor de bedrijfscijfers, hyperinflatie verstoort de kapitaalmarkten. In de voorbije jaren schommelde het officiële inflatiepeil tussen 1 en 3%… ideaal dus.
Startsignaal
Op de bovenstaande grafiek van het BLS is duidelijk te zien dat in de bewuste crisisperiode 2008-2009 inflatie snel omkeerde in een tijdelijke deflatie, met alle gevolgen van dien voor de beurskoersen.
Vanaf 2010 bereikte de inflatie echter weer snel haar oude niveau, rond 2,5%, en kon het beursherstel weer goed ingezet worden. Dat was voor mij ook het officiële startsignaal van een meerjarige beursrally, ondanks alle pessimisme.
En zelfs drie jaar en een verdubbeling van de beurzen later, is er voor mij nog altijd geen reden om uitgesproken negatief te worden voor aandelen. Zolang de CPI in de westerse landen in de vooropgestelde bandbreedte blijft handelen, kunnen aandelen algemeen gezien blijven stijgen.
Geen herhaling van 2008
Niets gaat echter in een rechte lijn omhoog, ook de beurskoersen niet. Tussentijdse correcties zullen aan de orde blijven. Maar zoals gezegd, dalingen van 10% en meer mogen op de nodige tegenreacties rekenen. Een herhaling van 2008 lijkt mij daarom uitgesloten in de komende periode.
Wat vandaag dan wel roet in het eten van de aandelenbeleggers kan gooien? Een plotse terugkeer naar deflatie, maar dat zie ik niet meteen gebeuren met centrale bankiers die een ongelimiteerde monetaire vuurkracht hebben.
Anderzijds is een versnelde stijging van de inflatie wel een risico voor de beursrally. De massale liquiditeiten in het systeem kunnen de markten ontwrichten als de dijken barsten.
Nog positief
Ten slotte zijn er altijd nog de onvoorziene rampen, die een belegger (of eender wie) op voorhand niet kan voorzien. Het voordeel hiervan is echter dat dergelijke uitzonderlijke omstandigheden ook altijd weer snel rechtgezet zijn.
Kortom, ik blijf positief voor de beurs tot een drijfveer knakt. Ik blijf kwalitatieve aandelen in de technologiesector en de juiste groeilanden kopen.
Gouden Stier
Tot slot wil ik via deze weg al mijn lezers van harte bedanken voor hun massale steun. Dankzij hen behaalde ik immers de felbegeerde Gouden Stier – Beleggingsexpert 2013. U laat niet enkel een droom in vervulling gaan, u geeft mij ook een niet mis te verstane boodschap.
Er is immers een absolute nood aan een degelijke, kritische, tegendraadse maar vooral onafhankelijke visie op de financiële markten. De crash van 2008 heeft één zaak helder gemaakt voor de huidige generatie beleggers: voor niets gaat de zon op… met name in de financiële wereld. Voor wat, hoort wat!